Mijn verhaal: Ann gaf haar carrière op en werd fulltime (pleeg)moeder
Ann (46): “Ik was negen toen Lena de klas binnenstapte. Heel stil en verlegen, ze durfde niet eens op te kijken. ‘Naast wie mag ons nieuwe klasgenootje zitten?’ vroeg de juf. Ik stak vastberaden mijn hand op. Lena werd mijn beste vriendinnetje. Af en toe zag ik haar mama aan de schoolpoort. Ze stond altijd alleen en praatte nooit met andere mama’s. Toen ik haar op een dag vroeg of Lena mocht komen spelen, draaide ze zich om en stapte weg met Lena, zonder één woord te zeggen. Lena kwam nooit spelen, maar dat stond onze vriendschap niet in de weg. Op school hadden we de tijd van ons leven. Tot Lena op een dag niet meer kwam. Ze kwam bij een pleeggezin terecht en veranderde van school. Ik was er kapot van. We hielden nog een tijdje contact, maar door de afstand verwaterde onze vriendschap. Lena leerde me wat een pleeggezin is. Ik stelde mijn moeder er honderden vragen over, het intrigeerde me toen al.
Ik studeerde verder, werd verliefd en kreeg een dochter: Milla. Ik combineerde het moederschap met een fulltime baan bij een grote drukkerij. In een mum van tijd klom ik op. En toch was ik er niet gelukkig. Ik werkte me kapot, zag mijn dochter te weinig en voelde me moe. ‘Is dit het dan?’ vroeg ik me steeds vaker af.
En toen kreeg ik dat telefoontje. Een vriendin die bij de pleegzorgdienst werkte, vroeg of we een meisje wilden opvangen dat net door de jeugdrechter uit huis was geplaatst. Het was vlak voor kerst en ze vonden niemand. Nog die avond had ik het erover met mijn man. Het meisje was zeven, net als Milla. En het was tijdelijk, misschien maar enkele weken. ‘Waarom niet?’ zei hij meteen. Ook Milla was enthousiast. We haalden een bed van zolder en maakten een hoekje van haar kamer extra gezellig voor onze logé. Maar toen volgde er een tweede telefoontje. De vriendin van de pleegzorg zei aarzelend: ‘Ann, het meisje heeft nog een zusje van vijf. Mag zij ook meekomen?’ Zusjes uit elkaar trekken, ik kreeg het niet over mijn hart. Dus zeiden mijn man en ik ja. Die avond verhuisden we nog een tweede bed.
Enkele dagen later stonden er twee timide meisjes van zeven en vijf voor de deur. Ze droegen allebei een rugzakje. Een pyjama, een knuffel en een appel, meer hadden ze niet bij zich. Ze keken bang om zich heen. Mies nam mijn hand alsof ze die nooit meer zou loslaten, en Sam ging op de sofa zitten en zei de rest van de namiddag niets. Ik bakte pannenkoeken, maar ze weigerden die. Enkel hun appeltje aten ze op. Milla bood haar speelgoed aan, maar ook dat wilden ze niet. Ze vroeg of ze dan misschien liever tv keken. Ook toen haalden ze onverschillig hun schoudertjes op. ‘Waar zijn we aan begonnen?’ vroeg ik mijn man toen ze in bed lagen.
“Ik zie ze nog voor de deur staan: twee kleine meisjes. Ze hadden enkel een pyjama, een knuffel en een appel bij zich”
Uiteindelijk ontdooiden de meisjes beetje bij beetje. Ze hadden tijd nodig. Net als Lena vroeger, dacht ik vaak. Ze deden me zo aan haar denken. We hielden bewust de kerstdagen zo rustig mogelijk, om de meisjes de rust te gunnen die ze de laatste weken duidelijk hadden gemist. En toen begon de school weer. Ik had ons buurtschooltje gevraagd of de meisjes enkele dagen welkom waren. Dus stapten ze met z’n drieën de schoolpoort binnen. Die enkele dagen werden weken. De pleegzorgdienst vond maar geen pleeggezin. Het was moeilijk om iemand te vinden die twee meisjes tegelijk wilde opvangen, hen scheiden bleek de enige oplossing. Maar mijn hart brak. En ook Milla was gek op haar twee nieuwe vriendinnen. ‘Waarom blijven ze hier niet?’ vroeg ze. Er was plaats genoeg in ons huis, en in ons hart. Vooral mijn man droomde al jaren van een groot gezin en ik genoot van dat extra leven om me heen. Zo erg zelfs dat ik dit wel voor de rest van mijn leven wilde. Fulltime moeder zijn, misschien was dit wel mijn ticket naar het grote geluk? Na veel wikken en wegen hakten we de knoop door: de meisjes mochten blijven. Meer nog, ik nam ontslag. Het begin van mijn nieuwe leven. Samen met mijn man en drie prachtige dochters.
We zijn nu drie jaar verder en hebben woelige jaren achter de rug. Met mooie en moeilijke momenten. Sam en Mies bleken meer dan een pyjama, knuffel en appel in hun rugzak te hebben. Na een jaar werd op vraag van hun mama alle contact verbroken. Vooral Sam had het daar moeilijk mee. Gelukkig hielp de pleegzorgdienst ons met extra ondersteuning, en nu gaat het stukken beter. Ik ben gek op de meisjes, ook al heeft dit tijd gekost. Met een biologisch kind is alles onvoorwaardelijk. Pleegkinderen zijn mensjes met een voorgeschiedenis, mijn liefde moest groeien. Maar nu voelt het heel natuurlijk. Wat de toekomst brengt? Dat weten we niet. Maar als ik hun blije snoetjes zie, maak ik me daar niet al te veel zorgen over. Hen met alle liefde die we in ons hebben groot laten worden, was de moeilijkste, maar ook de mooiste beslissing van ons leven!”
Van 10/11 tem 19/11 is het de Week van de Pleegzorg!