Seksuoloog Alexander Witpas: “Als we niet opletten, wordt seks als de vinylplaat: iets voor de liefhebbers”
We hebben minder seks. Niet alleen in België, maar in de hele Westerse wereld. Jammer, vindt seksuoloog Alexander Witpas (47), die ons meteen vertelt hoe we daar verandering kunnen in brengen.
“Goeie seks zit ‘m in het hoofd”
Seksuoloog Alexander Witpas bracht vorig jaar het boek ‘Happy Sex’ uit, en wilde hiermee mensen helpen seksueel geluk te vinden en te houden. Niet door een arsenaal aan standjes of een uitleg van wat waar zit, maar wel door positieve psychologie toe te passen op ons seksleven. Want “goeie seks zit ‘m in het hoofd”, vertelt hij. Hij wil seks vooral positief benaderen.
Seksuoloog Alexander Witpas: “Ik heb al 20 jaar een praktijk als seksuoloog en het valt me op dat we als maatschappij bijna enkel nog over seks spreken in termen van problemen. Seks die niet bevredigend is, seks die pijn doet, seks die niet lukt, seks die opgedrongen wordt. Maar als dat het enige is waar we nog over praten, krijg je een eenzijdig negatief beeld van seks. En dat is ontmoedigend.”
We doen het minder dan ooit
Er is immers nog nooit zo weinig gevreeën als vandaag. Het gemiddelde daalde in Nederland naar drie keer per maand. In Japan, dat vaak voorloopt op de Westerse wereld, vindt 30 procent van de jonge twintigers en dertigers dat een relatie en seks niet meer hoeft. Te veel moeite, te veel gedoe. De jongere generatie doet het niet meer, letterlijk. Dat onze ouders meer seks hadden dan wij, is op verschillende manieren verontrustend. “Ik denk dat we te nonchalant omspringen met relaties en seks, omdat we denken dat mensen het toch altijd gaan blijven doen. Wel, ik ben daar nog niet zo zeker van. Als we niet opletten wordt seks over vijftig jaar als een vinylplaat. Sommige mensen gaan ermee bezig zijn, maar ze zullen eerder de uitzondering zijn.”
“Het valt me op dat we
als maatschappij bijna enkel nog over seks spreken in termen van problemen”
Interview met seksuoloog Alexander Witpas
Voor iedereen zijn of haar seksleven als een probleem bekijkt: het is toch heel normaal dat mensen af en toe minder gelukkig zijn in bed?
“Absoluut. Je moet het woord geluk goed definiëren. Geluk is niet: geen problemen hebben. Als je lang genoeg leeft en je hebt een seksleven, dan zullen er momenten zijn dat het minder goed gaat in bed. Dat is onvermijdelijk, dat is het leven. Maar dat wil niet zeggen dat je niet gelukkig kunt zijn. Dat is iets anders. Wachten met gelukkig zijn, of seks hebben, tot al je problemen opgelost zijn: dat is niet zinnig.”
Hoe geraak je dan uit zo’n dipje?
“Eerst en vooral moet je beseffen dat het heel normaal is dat je seksleven verandert. In het begin ben je, normaal gezien, verliefd en ben je geobsedeerd door elkaar. Het is dan simpel om allebei spontaan zin te krijgen in seks. Maar die verliefdheid en die obsessie voor elkaar gaan voorbij, gelukkig maar. Hierna ga je over op iets dat ik relatieseks noem. Die seks is gebouwd op de gewoonten die je opgebouwd hebt tijdens die verliefde fase. Je weet wat de ander leuk vindt, je weet wanneer je opgewonden raakt, je kent elkaars handleiding. Die structuur blijft nog even werken, tot er iets ingrijpends gebeurt. Je wordt zwanger, krijgt kinderen, verhuist, wordt ziek. Gebeurtenissen die in de weg komen van de gewoontes die je opgebouwd hebt. En dan moet je iets anders vinden. Net daar schuilt de moeilijkheid. Veel mensen durven het niet bespreken en blijven ongelukkig met hun seksleven. Ze denken dat het vanzelf wel zal terugkomen, dat het gewoon voorbij is of dat, als ze er aan beginnen, dat heel moeilijk moet zijn. Voor die mensen schreef ik dit boek: de gewone mensen die hun seksleven gelukkiger willen maken.”
‘Geluk in bed: wat het is, hoe je het krijgt en hoe je het houdt’, titelt je boek ‘Happy Sex’. Dat is nogal een belofte.
“’t Is nochtans simpel. Ik geef geen tips over standjes, of hoe je elkaar moet aanraken, of waar de clitoris ligt. Ik heb gewoon de conclusies van verschillende onderzoeken naar geluk, en waarom gelukkige mensen gelukkig zijn, toegepast op seks. We vergeten soms dat het wegnemen van de dingen die je ongelukkig maken niet garant staan voor geluk. Als je dat doet ben je in het beste geval minder ongelukkig. Dat is iets anders dan gelukkig zijn.”
Hou ons niet langer in spanning: wat maakt ons dan gelukkig en hoe gebruiken we dat in bed?
“Gelukkige mensen beseffen dat geluk hen niet zomaar overkomt. Het is een ingesteldheid, iets waar ze dagelijks ook heel erg hun best voor doen. Op seksueel vlak is dat hetzelfde. Je moet je ervoor inzetten. We hebben natuurlijk niet alles zelf in de hand. Sommige mensen hebben meer aanleg voor geluk. Maar dat betekent niet dat we er geen invloed op hebben. Ons geluk hangt ook af van wat we doen.”
Dus na liefde is seks nu ook al een werkwoord?
“Het is alleszins iets wat je doet. Aan alles wat belangrijk is in je leven, of het nu een relatie of een job is, moet je aandacht schenken. Mensen blokkeren, omdat ze denken dat goeie seks spontaan moet komen en je daar geen moeite voor zou moeten doen. Dat klopt niet. En daarbij: we moeten af van de idee dat als je ergens energie in moet steken, het ook lastig is. Het kan ook gewoon heel leuk zijn.”
Een pleidooi voor meer seks, dat is iets dat we al lang niet meer gehoord hebben. Het is verfrissend.
“Niet per se voor meer seks, wel voor meer gelukkige seks. We behandelen seks de laatste tijd te vaak als optioneel in een relatie, terwijl ik dat riskant vind. Ik zeg in mijn praktijk soms dat een relatie een stoel is met vier poten. Je steunt op de vriendschap die je hebt, de gesprekken die je voert, de dingen die je samen doet en de seks. Zeggen dat één van die vier poten niet belangrijk is, doet je stoel niet omvallen. Maar dan mag er niets gebeuren met de andere drie poten. Onderschat niet wat het betekent als je in een monogame relatie seks uitschakelt. Het is het enige dat exclusief is aan die relatie. Goeie gesprekken en vriendschap kun je met vrienden hebben, seks in een monogame relatie kan enkel met je partner.”
Er zijn wel best veel mensen die zeggen gelukkig te zijn met hun seksleven, ook al doen ze het niet vaak.
“Als een koppel twee keer per jaar seks heeft en daar tevreden mee is, dan is dat geweldig. Ik ben de eerste om te zeggen: als jullie gelukkig zijn, is er geen enkel probleem. Niemand hoeft zich te moeien met hoe jullie het doen. Maar de meeste mensen die twee keer per jaar seks hebben, zijn daar volgens mij niet zo gelukkig mee. Uit onderzoek blijkt dat de meeste mensen seks belangrijk vinden in een relatie. Mensen die een seksleven hebben, geven aan daar redelijk gelukkig mee te zijn. Mensen die geen seksleven hebben, geven altijd aan daar minder gelukkig mee te zijn. Als mensen twee keer per jaar seks hebben, weet ik niet of je dat nog een seksleven wilt noemen. Als je elkaar twee keer per jaar ziet, heb je dan een relatie? Als je twee keer per jaar met elkaar praat? We moeten stoppen met mensen wijsmaken dat ze een gelukkig seksleven kunnen hebben zonder minimale inspanning. Als je tijd en energie in je seksleven steekt, op een constructieve manier, zul je er meer tevreden mee zijn. Zo is het met alles in het leven, zo is het ook met seks.”
Aan de arbeid dus.
“Het is voor mij geen kwestie van moeten. Ik vind het vooral gek dat mensen seks belangrijk vinden en er tegelijk niet veel mee doen. Seks verbindt je en het is een bron van geluk voor veel koppels, waarom zouden we dan zeggen: als het minder gaat, doen we het niet meer.”
De drempel kan soms wel hoog zijn om er terug aan te beginnen.
“Ook dat is normaal. Weet je dat er zes jaar zit tussen de eerste negatieve gevoelens rond seks en een bezoek aan de seksuoloog? Mensen denken soms dat er een fundamenteel probleem is in hun relatie als de seks niet loopt zoals ze willen. Terwijl het gewoon helemaal normaal is dat er soms dipjes zijn. Maar het is wel aan het koppel om aan de slag te gaan. Een belangrijke stap is het gesprek aan te gaan met je partner en dan niet alleen te praten over problemen, maar ook over wat er goed gaat. Omdat je snel dreigt te praten in verwijten, over de dingen die je mist. Terwijl je het ook positief kunt aanbrengen. Heel simpel, geef aan dat je de seks mist. Zonder een schuldige aan te wijzen. “Ik merk dat we niet meer zoveel seks hebben, ik mis dat eigenlijk wel. Wat denk jij ervan?” Als je partner aangeeft dat die de intimiteit ook mist, kun je verder.”
En wat als dat niet zo is?
“Dan wordt het natuurlijk moeilijker. Het is normaal dat je allebei niet evenveel zin in seks hebt, maar het is wel de bedoeling naar elkaar toe te groeien. Probeer misschien tussenstappen te nemen om elkaar weer te ontdekken. Kijk eens wat het geeft om samen te douchen, zonder druk. De meeste relaties hebben wel een periode gehad waar de twee partners tevreden waren over hun seksleven. Bespreek met je partner wanneer de laatste keer fijne seks was en ga na wat jullie dan hebben gedaan om dat te bereiken. Wat heb je gevoeld, zijn er dingen die je nog eens opnieuw kunt proberen? Maak het vooral niet te ingewikkeld.”
Ben je een voorstander van agendaseks?
“Ik ben een voorstander van tijd voor seks. In mijn praktijk kijk ik soms met cliënten naar hun agenda en wanneer ze zouden kunnen vrijen. En dan zie je letterlijk dat er geen plekje over is. Of toch, ’s avonds laat, als je allebei uitgeblust in de bed kruipt en gewoon wilt slapen. Natuurlijk werkt dat niet. Om te vrijen moet je ook aandacht hebben, moet je gefocust kunnen zijn. Beeld je eens in dat je iets moet schrijven, ga je dat ook om 11 uur doen in je bed, de plek waar je normaal slaapt? Dat is hetzelfde met seks. Mijn algemene raad: probeer seks in te plannen wanneer je nog niet supermoe bent, maar net wanneer je genoeg energie en aandacht hebt om er bij te zijn met je hoofd en lijf.”
Moet seks niet vooral ontspannend zijn?
“Niet per se, nee. Seksuele opwinding is geen ontspanning, het is net spanning. Dat we ons voornemen om eerst helemaal ontspannen te zijn voor een vrijpartij maakt het extra moeilijk om het te doen. Want wanneer ben je nog eens helemaal ontspannen?”
Het woord Samsonseks is al een aantal jaren ingeburgerd: zet je kinderen voor de televisie en maak gebruik van de tijd van een aflevering voor een vrijpartij. Is dat genoeg om een ‘happy’ seksleven te hebben?
“Als het mensen gelukkig maakt, is dat goed. Maar als dat de enige soort seks is die je hebt, lijkt me dat op termijn niet voldoende. Ik ga nooit zeggen hoeveel keer je moet vrijen om je relatie goed te houden, dat is voor iedereen anders. Maar in mijn boek heb ik geschreven dat de voorwaarde voor een gelukkig seksleven is dat je er minstens vijf uur per maand mee bezig bent. Dat is één procent van de tijd dat je wakker bent waarin ik vraag om erover te spreken met je partner, eraan te denken, het te doen. 99 % van je tijd mag je vullen met yoga en cursussen en slapen en werk, maar 1 procent zou ik reserveren als je wilt investeren in een duurzaam seksleven. Hoe je die tijd invult, kies je zelf. Met verschillende vluggertjes, met een goed gesprek over seks, met een bevredigende vrijpartij van anderhalf uur. Om goeie seks te hebben, moet je regelmatig dingen doen. Je wordt ook niet de beste hobbykok van Vlaanderen door één keer per maand spaghetti te maken, toch?”
Tekst: Lisa Gabriëls – Coverbeeld: Medialaan
Lees ook:
- Als seks niet meer fijn is: 3 lezeressen vragen raad aan de seksuoloog
- 7x onverwachte dingen die je seksleven verbeteren
- Geen zin in seks: wat doe je eraan?
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!