Weg met het taboe: bedplassen komt vaak voor en dit kun je doen!
Thuis-acteur Bart van Avermaet vertelde er openhartig over: tot zijn 12 jaar had hij problemen met bedplassen. Dankzij de hulp van een specialist lukte het hem om het tij te keren. Maar wat is nu eigenlijk normaal en abnormaal? En hoe kun je Β je kind helpen?
Geen paniek
Panikeer niet te snel: bedplassen is – medisch gezien – volledig normaal tot zes Γ zeven jaar. Ongeveer 85% procent van de kinderen leert het af tussen de 2 en 5 jaar; 10% van de kinderen tussen 6 en 7 jaar heeft er nog last van. Dat wil zeggen dat er in het eerste en tweede leerjaar twee Γ drie kinderen per klas zitten die nog bedplassen. Is bedplassen rond zeven jaar nog altijd een probleem? Dan zoek je beter een dokter op. Goed om weten: ongeacht de leeftijd verdwijnt het probleem elk jaar spontaan bij 15% van de kinderen.
Waar ligt het aan?
Er zijn drie factoren die er – apart of samen – voor kunnen zorgen dat ’s nachts droog worden maar niet lukt:
1. Sommige kinderen hebben een hoge nachtelijke urineproductie. Ze maken ’s nachts te weinig van het antidiuretisch hormoon (ADH of vasopressine) aan om die nachtelijke urineproductie te verminderen.
2. De βwekdrempelβ ligt te hoog: sommige kinderen worden eenvoudigweg niet wakker als hun blaas vol is.
3. Een kleine blaasactiviteit, in combinatie met vroegtijdig samentrekken van de blaas of een βinstabieleβ blaas.
Slaapt mijn kind misschien te diep?
Nee hoor, dat heeft er niks mee te maken: kinderen die bedplassen, slapen even diep als kinderen die dat niet doen. Het probleem is dat een bedplassertje niet wakker wordt van de signalen die z’n volle blaas uitzendt, met het bekende gevolg. Je kind nog eens laten plassen voor het gaat slapen is een goed idee, maar het ’s nachts om de zoveel tijd wakker maken om te laten plassen haalt niet zoveel uit. Dikwijls plassen kinderen tegen de ochtend als hun blaas gevuld is, ook al heb je ze ’s nachts uit bed gehaald om al eens te plassen.
Minder drinken dan maar?
Het probleem is niet zozeer dat kinderen te veel drinken, maar wel dat ze overdag op school te weinig drinken en ’s avonds veel als ze thuiskomen. Minder drinken is dus niet de oplossing, dat is juist slecht voor de nieren. Probeer ervoor te zorgen dat je kind in de loop van de dag genoeg drinkt, zodat het dorstgevoel ’s avonds niet te groot is. Geef je kind ’s avonds wel geen dranken met cafeΓ―ne zoals cola, ice-tea, koffie of thee, want cafeΓ―ne werkt vochtafdrijvend. Daar ga je juist van plassen.
Help ik met…?
Een luier? Als je kind alleen op het einde van de nacht nat wordt, kan ‘zonder’ soms het laatste zetje zijn om ervan af te geraken. Als dat niet zo is en de lakens drijfnat zijn, is mΓ©t een betere optie, voor je kind Γ©n voor de wasmachine. Bekijk het zo: ’s nachts nog een luier dragen, is niet de oorzaak van het bedplasprobleem, wel een gevolg. Stel een luier dragen dan ook niet voor als een straf als het fout gaat. Een luier is een hulp en het is de bedoeling om er op termijn van af te geraken, niet meer en niet minder.
Een plaswekker? Een plaswekker is een apparaatje dat gaat rinkelen zodra het broekje of de matras nat wordt. Reken op een paar weken voor je kind eraan gewend is geraakt. Hoe langer je een plaswekker gebruikt, hoe sneller je kind reageert en op den duur reageert het al voor het belletje gaat. Met deze methode zijn zoβn 80% van de bedplassertjes geholpen, maar kinderen moeten wel al 8 jaar oud zijn. Voor jongere kinderen is dit nog te moeilijk.
Een droogkalender? Maak samen met je kind een kalender en beloon het met een kruisje of een stickertje voor elke droge nacht. Per vijf of tien ingevulde vakjes mag je kind een kleine beloning kiezen. Deze methode van positief motiveren werkt goed bij kinderen van vier tot acht.
Straf? Nee, want geen enkel kind vindt het fijn om in z’n bed te plassen.
Blaastraining? Dat kan een optie zijn voor kinderen van 6 tot 13 jaar, zeker als je kind overdag meer dan acht keer moet plassen. Als het overdag leert om z’n plas langer op te houden, kan het ook ’s nachts langer droog blijven. Je kunt het trainen door je kind rustig tot 10 te laten tellen als het moet plassen, dat te herhalen en het plassen steeds iets langer uit te stellen.
Medicijnen? Medicatie is echt de laatste optie, als andere methodes echt niet werken. Een neusspray met desmopressine werkt net zoals het antidiuretisch hormoon, dat kinderen soms te weinig aanmaken. Als een behandeling na twee weken niet aanslaat, kun je beter stoppen. Oxybutinine wordt voorgeschreven bij kinderen met blaasoveractiviteit, al dan niet in combinatie met desmopressine. Imipramine kan nog een laatste optie zijn als andere behandelingen niet werken, maar moet zeer voorzichtig en onder medische toezicht gebruikt worden.
Weg met het taboe!
Durf erover praten met je kind Γ©n je omgeving. Bedplassen hangt nog te vaak in een taboesfeer. Ook zanger en ontwerper Stromae vertelde openhartig over zijn bedplasperiode. Bekijk zijn moedige getuigenis hier: