Heb jij een gezond gewicht? Kijk naar je BMI én je buikomtrek!
Het belang van de buikomtrek
De reden waarom die alternatieve manier van meten aan een opmars bezig is? Recent onderzoek wijst uit dat niet alleen je BMI, maar ook de plaats van je (overtollige) kilo’s een belangrijke rol spelen voor je gezondheid.
- Een appelfiguur, waarbij het vet vooral rond je middel zit, verhoogt het risico op hart- en vaatziekten of diabetes.
- Een peerfiguur, waarbij het vet vooral rond de heupen zit, brengt minder gezondheidsrisico’s met zich mee.
Experts raden een omtrek van minder dan 80 cm aan. Zit je boven de 80 cm, dan heb je een verhoogd gezondheidsrisico. Zit je boven de 88 cm, dan is het risico sterk verhoogd en val je best een paar kilo af.
Hoe meten?
- Zoek met je wijsvingers links en rechts naar je onderste rib
- Schuif je vingers horizontaal naar het midden van je buik (je komt ongeveer twee centimeter boven je navel uit)
- Leg de lintmeter op dat punt horizontaal rond je middel
- Lees je buikomtrek af op het einde van een normale uitademing
BMI én buikomtrek = goede indicatie
Om in te schatten of je een gezond gewicht hebt, neem je best zowel de BMI als de buikomtrek als maatstaf. De Body Mass Index (BMI) bereken je door je gewicht te delen door je lengte in het kwadraat).
- Tussen 20 en 25: normaal gewicht
- Tussen 25 en 30: overgewicht
- Is je buikomvang daarbij ook meer dan 88 cm (voor vrouwen), probeer dan af te vallen.
- Is je buikomvang minder dan 88 cm, probeer dan zeker niet verder bij te komen.
- Hoger dan 30: obesitas
- Je moet zeker vermageren: je buikomtrek geeft geen extra informatie.
Kortom: heb je een gezond gewicht, overgewicht of lichte obesitas, houd dan zeker ook je buikomtrek in de gaten. Iemand met een gezonde BMI, maar een te grote buikomtrek, loopt immers meer gezondheidsrisico’s dan wie een licht verhoogde BMI heeft en een gezonde buikomtrek, zo blijkt nu.
Bronnen: www.cm.be en www.goedgevoel.be