Tips om je kind met een gerust(er) hart in het verkeer te sturen
Graag zien is loslaten. Maar daarom niet makkelijk. Het is al even slikken wanneer je kind begint te kruipen en stappen, maar wat als hij/zij klaar is om alleen met de fiets naar school te gaan? De angst slaat je om het hart bij het idee alleen al, maar er is geen ontsnappen aan. Met de volgende tips, voor en door ouders en met hulp van een expert, voel jij je iets meer op je gemak:
Bekijk elk kind individueel
De gemiddelde leeftijd waarop kinderen veilig het verkeer in kunnen, is ongeveer tussen de 10 en 12 jaar. Maar toch is het moeilijk om hier een exact cijfer op te plakken. Het Β hangt vooral af van de zelfstandigheid van je kind. Ook de omgeving waarin je kind zich in het verkeer zal begeven, is hier beslissend.
Al op jonge leeftijd aan verkeersgewenning doen
Wanneer je kind nog maar net kan fietsen, is het meestal 5 Γ 6 jaar. Ook hier kun je al beginnen met oefenen in het verkeer. Samen fietstochtjes maken en alvast wat verkeerservaring opbouwen, zal later voordelig zijn.
De weg uitgebreid verkennen
Wanneer je kind binnenkort Β alleen naar de school of sportclub zal fietsen, is het natuurlijk een must om dit eerst enkele keren samen te doen. Belangrijk is dat je hier ook duidelijke uitleg bij geeft. Wijs je kind op de gevaarpunten, op de fietspaden, waar ze extra moeten op letten. Na een tijdje kun je je kind eens voorop laten fietsen. Wanneer je zoon of dochter jou altijd volgt, zal je kind minder opletten en te veel rekenen op jouw alertheid.
(Oog)contact met andere bestuurders
Leer je kind om oogcontact te maken met andere bestuurders. Op deze manier is er meer kans dat de andere bestuurder jou gezien heeft. In het algemeen is het belangrijk dat je kind zich bewust is van de omgeving en van de aanwezigheid van andere weggebruikers.
Wijs ook op stilstaande voertuigen
Ook vrachtwagens, bussen of autoβs die stilstaan kunnen gevaarlijk zijn. Leg je kind uit dat ze waarschijnlijk niet altijd zichtbaar zijn voor die chauffeurs. Extra voorzichtigheid is dus noodzakelijk:
- Je kind houdt het best 3 meter afstand.
- Je kind blijft het best achter de vrachtwagen rijden, nooit ernaast!
- Ook hier is oogcontact belangrijk, want zo is er meer kans dat de bestuurder je gezien heeft.
- Hou wel in het achterhoofd dat je hier nooit 100% zeker van kan zijn.
Zorg ervoor dat de uitrusting in orde is.
Zowel de fiets zelf als je kind moeten zichtbaar zijn in het verkeer. Controleer regelmatig of alle fietslichten en de remmen nog werken en laat je kind een fluovestje en/of fietshelm dragen. Ook een goed bagagerek kan wonderen doen, want met een zware boekentas op de rug kan je kind sneller het evenwicht verliezen of verkeerd vallen.
Zorg voor duidelijke contactgegevens
Indien je kind al een gsm heeft, sla dan je eigen nummer op in zijn contactenlijst en zet er ICE voor. Dit staat voor In Case of Emergency. Ook een sticker op de fiets met naam en nummer van de ouder(s) is een handig hulpmiddel. Bevestig voor de zekerheid ook in de portefeuille van je kind je contactgegevens, want een gsm kan natuurlijk ook stukgaan tijdens een ongeval.
Wijs je kind op de belangrijkste verkeersregels
Leer je kind om telkens zijn/haar arm uit te steken bij het inslaan van een straat. Ook het gebruik van een zebrapad moet benadrukt worden. Volgens de voorrangsregels heb je als fietser nergens voorrang, zowel niet bij een zebrapad als bij een fietsoversteekplaats. Dit is enkel van toepassing bij een doorlopend fietspad. Je mag in geen geval zomaar roekeloos oversteken. Op een zebrapad is het toegestaan om te fietsen, maar het is veiliger om af te stappen, omdat je dan dezelfde rechten hebt als een voetganger.
Tekst: Lisa Smets