Gemis in tijden van corona: “Ik mis de snoet van mijn oma en de lachjes van opa”
Wekelijks een bezoekje aan oma en opa, het is een rode draad in het dagelijkse leven van redactrice Sanne. Nu dat al even niet meer kan, moet ze toegeven dat ze het pittig vindt.Β
Of ik nog wat clementines wou kopen en wat kaas. En als ik nog ergens toiletpapier kan vinden, dat ook, want de rolletjes zijn bijna op. “Zet het maar in de stal”. Ik fiets gezwind richting mijn grootouders om de bestelde boodschappen in het stalletje te droppen. De tas met fruit en kaas zet ik op de werkbank waar ik vroeger vakkundig met een veel te zware hamer nagels door stukjes hout mikte. En ik speelde er, uiteraard, winkeltje. “Drie emmers en een dweil? Da’s dan 200 frank!”
Babbeltje van achter het verandaraam
Opa en oma komen nog even een babbeltje slaan van achter het verandaraam. We gillen door het raam heen dat alles goed gaat en dat het hopelijk allemaal snel voorbij is. Dan fiets ik weer naar huis.
Ondertussen zijn we drie weken verder en het ziet ernaar uit dat we er nog wel wat weekjes mogen bijtellen. Mama en papa zijn de boodschappers van dienst geworden, nu hun werk stilviel. Ik hou het bij telefoontjes en postkaartjes, dat is veiliger. Toch is het maar lastig om elkaar aan de telefoon ‘Hoe is ’t?’ te horen zeggen. Zo gaat het namelijk nooit.
Je beseft nu pas wat je mist
Hoe het dan wel gaat?Β Zo goed als elke zaterdag schuif ik ’s middags aan bij mijn grootouders. Mijn mama is daar ook. We praten over koetjes, kalfjes en plagen elkaar. De rolverdeling is duidelijk. Oma maakt de soep, opa dekt de tafel, ik warm de soep op en doe de afwas. Het is een simpel ritueel en het clichΓ© klopt: je beseft pas wat je mist, als het er (even) niet meer is.
Ik mis opa die de pistolets alvast snijdt, de momenten waarop we lachen omdat ik mors op een van de katoenen onderleggers. Ik mis het geplaag met mijn mama, wanneer we naast elkaar aan tafel schuiven en doen alsof we in elkaars weg zitten. De snoet van mijn oma, als ik tijdens het afwassen de natte schotelvod in haar gezicht zwier. Wat hebben we toch altijd verdomd veel pret.
Wegdromen bij herinneringen
Terwijl ik dat allemaal bedenk, blader ik nog eens door onze trouwfoto’s. De foto’s van onze grootouders zijn onze favoriete vastgelegde herinneringen van de dag. De grootmoeder van mijn man, fier aan het gemeentehuis. Mijn oma en opa, lief in het park, met een glas bubbels in de hand. Mijn mitje, voor de eerste keer zonder haar man, die vorig jaar aan ALS overleed. Onze grootouders staan er stralend op en ik kan niet wachten om ze nog eens te zien stralen en te horen vertellen.
Nu goed, daar zal ik dus nog even op moeten wachten. Maar een ding is zeker: de eerste ‘soepzaterdag’ wordt een heus feest! In tussentijd droom ik nog een beetje weg bij de mooiste liefdevolle herinneringen.
Las je deze artikels al?
- Anne Davis over het coronavirus: “Wat is het moeilijk om een evenwicht te vinden tussen angst en hysterie, tussen voorzichtig zijn en het leven onleefbaar maken”
- Corona en de huismus: “Plots besef ik hoe blij ik mag zijn dat ik me kan vervelen”
- Samenleven in tijden van corona: “Help, mijn man denkt bij elk kuchje dat het einde nabij is!”
Volg ons opΒ Facebook,Β Instagram,Β PinterestΒ en schrijf je in op onzeΒ nieuwsbriefΒ om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!