Het perfecte lentegebraad
Verwarm de oven maar voor, want deze lente serveer je het perfecte lentegebraad. Maar hoe controleer je de gaarheid van het vlees zonder je vingers te verbranden?
1. Gebruik een vleesthermometer
Of je nu een plakje [LINK_TEXT id=1], varkensgebraad of lamsbout verkiest, een gebraad is het lekkerst als het juist gebakken is. Er zijn verschillende manieren om te controleren of je gebraad gaar is, maar een vleesthermometer is het betrouwbaarst.
2. De juiste temperatuur
Kip of kalkoen moet nu eemaal goed doorbakken zijn en rosbief eet je lekker rosé. Wij zetten de kerntemperatuur van alle grote stukken vlees op een rij. Je stelt de gewenste temperatuur in op je meethulpje, dit geeft aan wanneer het vlees perfect is.
- Rund: rosé: 55-60°C – volledig gegaard: 65-70°C
- Kalf: rosé: 65-70°C – volledig gegaard: 75-80°C
- Lam: rosé: 60-65°C – volledig gegaard: 70-75°C
- Varken: rosé: 68-70°C – volledig gegaard: 70-75°C
- Kip/kalkoen: volledig gegaard: 80-85°C
3. Verplichte rust
Laat het vlees na het bakken altijd een tiental minuten rusten onder aluminiumfolie, zo kunnen de sappen zich herverdelen en blijft het vlees lekker mals.