Plagen op je planten: zo herken je ze
Plant je je tuin vol met lekkere groenten en mooie bloemen, gaat er plots ongedierte mee aan de haal. Balen! Hoe weet je nu welke soort zich in jouw tuin verschanst en wat kun je eraan doen? We leggen het je hier uit, want als je dat weet, kun je op de juiste manier aan de slag.
Vermijd chemische bestrijdingsmiddelen
Grijp niet zomaar naar een fles met verdelgingsmiddel of ander gif. Vaak los je het probleem milieuvriendelijk (en goedkoper) op. Het vergt misschien meer tijd en moeite, maar ecologisch tuinieren biedt zoveel meer voordelen.
Alles begint bij ‘slim’ tuinieren
Ken je tuin (en jezelf) en hou voldoende rekening met een aantal tuinbasisprincipes:
- Zo moet je weten dat je insectenplagen aantrekt wanneer je veel gelijksoortige planten dicht bij elkaar zet (monocultuur). Die vormen een gigantisch en vooral veilig feestmaal voor ongedierte, want er zijn weinig natuurlijke vijanden in de buurt.
- Heb je weinig tijd om te tuinieren? Kies dan sterke planten die niet heel gevoelig zijn voor ongedierte. Neem bijvoorbeeld geen rozen, want die zijn erg vatbaar voor bladluis en schimmels.
- Een serre in de tuin? Maak er dan geen te vochtige en warme broedplaats van. Zo’n beschutte plek is de hemel op aarde voor tal van plantenvreters. Voldoende verluchten is dus de boodschap!
- Als je volgens het principe van de permacultuur werkt, krijg je in de loop van de jaren een ontwikkeld ecosysteem waarbij de fauna en flora in balans is. Als er dan al parasieten en andere plaagdieren zijn, worden hun populatie doorgaans beheersbaar gehouden door verschillende andere dieren: de schade die de beestjes veroorzaken is dan minimaal.
Welk beestje belaagt mijn plant?
Hoe weet je nu welk soort insect op je plant zit? Als je geen sporen van een insect terugvindt, vertelt de schade je heel veel.
- Bladluizen (groene en zwarte): het blad blijft klein of krult om. Het onderste blad is kleverig door de honingdauw die de sapzuigende insectjes afscheiden. Hierop groeit soms roetdauw, waardoor de plant zwart wordt. Bladluizen zitten op uiteindes van stengels, knoppen en jonge blaadjes. Ze kunnen gevleugeld of ongevleugeld zijn en kunnen ook virussen verspreiden, want ze vermenigvuldigen zich snel. Lieveheersbeestjes zijn dol op bladluizen en zijn dus een perfecte partner om in te zetten bij een plaag.
- Miriden (roofwantsen): het blad wordt rafelig en ontluikende bloemen zijn helemaal misvormd. Ze doden knoppen en scheuten. Verwijder daarom oud blad rond de voet, want daar overwinteren ze. Aan de andere kant eten de roofwantsen ook wittevlieg en bladluis, wat hen ook nuttig maakt als natuurlijke vijand tegen andere plagen.
- Rupsen: rupsen zitten aan de onderkant en de randen van de bladeren. De boosdoener kan er al afgevallen zijn om zich te verstoppen als je de gaten ontdekt. Rupsen van vlinders, motten of larven van de zaagwesp maken ronde gaten in het blad die later één groot gat vormen. Verwijder de eieren en rupsen en maak de grond rond de plant wat losser, zodat vogels, egels en andere kleine dieren de poppen ontdekken.
- Naaktslakken: door het raspen van de slak krijgt de plant rafelige, onregelmatige gaten. Vaak is er een slijmspoor te zien en is de boosdoener nog in de buurt. Heb je heel veel slakken in je tuin? Dat wil zeggen dat de bodem van je tuin niet gelukkig is. Breng daarom veel organisch materiaal aan (geen meststof), want een dikke mulchlaag trekt dieren aan die dol zijn op slakken en verbetert de bodem. Lavagruis strooien is ook een goed idee. Slakken worden namelijk aangetrokken tot planten die een tekort hebben aan iets, en lavagruis zit boordevol mineralen om je bodem beter in balans te brengen. Een op-en-top gezonde grond en je hebt geen last meer van slakken!
- Spintmijt: het blad wordt bleek en vlekkerig. Als je goed kijkt, zie je fijne webdraden op blad en stengel. Ze zijn vooral een probleem op fruit. Ze tweemaal per dag besproeien met water doet al wonderen! De spintmijt voelt zich namelijk prima in een droge omgeving met veel planten dicht op elkaar.
- Wittevlieg: als je de plant aanraakt of de plant beweegt, komen er wolken witte vliegjes uit. De natuurlijke vijanden van wittevlieg zijn sluipwespen, lieveheersbeestjes en ook libellen. Een waterpartijtje met veel leven in de tuin komt dus ook hier van pas!
- Snuitkevers: komen er geschulpte gaten in de bladeren? Dan zit je met snuitkevers. De lapsnuitkever is dan weer een beestje dat vooral de stengels en wortels aantast van potplanten die het warm en vochtig hebben. Je kunt snuitkevers effectief bestrijden met aaltjes. Deze rondwormen zijn dol op de larven.
Lees ook:
- Soorten sla uit de moestuin: zaaien, oogsten en opeten
- Moestuin: zo werk je stap voor stap naar een weelderige oogst
- Stap voor stap naar je droomtuin met onze gloednieuwe minicursus
Ben je al lid van onze Libelle Tuinclub op Facebook? Da’s een supergezellig clubje van mensen met een passie voor groen die elkaar inspireren, vragen en tips uitwisselen. Je ontdekt het allemaal hier!
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van de beste groentips en wooninspiratie!