Koen
Koens column: “Elke dag zijn we verbaasd dat we Kwinten nog liever zien dan de dag voordien”
Koen Strobbe (58) keert na twintig jaar in het zuiden van Frankrijk met zijn vrouw Ilse en zoon Kwinten terug naar ons land.
Kwinten wordt zeventien en Ilse en ik kunnen niet vatten hoe snel de jaren zijn voorbijgeraasd. Flarden van herinneringen zoeven door mijn hoofd. Hoe ik naast Ilses kraambed zit en plots denk: dit duurt te lang, dit is niet normaal. Maar de verpleegster maant me aan om rustig te blijven en meer vertrouwen te hebben. Toch sta ik recht, loop de gang in en klamp de eerste persoon aan die eruitziet als een arts.
“Nu Kwinten zeventien wordt, zoeven flarden van herinneringen door mijn hoofd”
De vrouw loopt met me mee en kijkt met paniek in de ogen naar de curves op het digitale schermpje dat met Ilses buik is verbonden. Ze wacht niet en rolt Ilse met spoed naar de operatiekamer, waar Kwinten minuten later via een keizersnede uit zijn ademnood wordt verlost. Enkele uren later, als onze zoon gezond en veilig in de armen van zijn mama ligt, ben ik blij dat ik niet rustig was en meer vertrouwen had.
Ik denk glimlachend aan een van Kwintens eerste woordjes: modoboo, zoals hij het plastic bootje met batterijmotortje noemt, dat in zijn plensbadje dobbert. De volgende herinnering is die van zijn eerste dag op de kleuterschool. Ilse en ik staan op onze tippen door het raam te loeren om te zien of alles wel goed zal gaan.
En dan de ‘Grote Ongelukken’. Die keer dat hij van het terras glijdt en met zijn snijtanden keihard op de tegels valt. De paniek in zijn oogjes en zijn opluchting wanneer de tandarts van wacht een uurtje later zegt dat de tandjes wel vanzelf weer vast zullen groeien. Elke nieuwe dag van zijn kindertijd is er een waarop je verbaasd bent dat je dat ventje nog liever ziet dan de dag voordien, dat ouderliefde blijkbaar nooit een maximum kan bereiken.
Diezelfde ouderliefde doet je ook twijfelen. Twijfelen over het feit of je wel de juiste keuzes maakt voor hem. Of hij daar in Frankrijk wel alles krijgt wat hij later nodig zal hebben. Waarop je uiteindelijk beslist dat het voor hem, op dit ogenblik, beter is om in België te zijn en je de deur van twintig jaar Frankrijk achter je sluit. Hoe vaak hoorden we niet van onze B&B-gasten, als ze ons met Kwinten op de arm zagen: “Koester deze momenten, want voor je het weet, is hij groot.” Maar die woorden dringen op dat moment niet tot je door. Op een irrationele manier ga je ervan uit dat hij altijd klein zal blijven.
Aan je kind zie je dat het leven voorbijraast. Zélf voel je je op geen enkele manier zeventien jaar ouder dan op de dag van zijn geboorte, maar toch weet je dat die jongen van zeventien je ondertussen als een oude man ziet, net zoals je zelf je eigen ouders vanaf je prilste herinneringen oud hebt gevonden.
“Volgend jaar plannen we een grote trip, die hij volledig mag uitstippelen”
We hebben van alles in petto voor hem, als hij straks verjaart. Het wordt een soort ‘rituele overgang’. In de verjaardagsdoos zit een eerste bankkaart, een set speciale hippe oordopjes voor optredens en fuiven en ook een uitnodiging om een grote reis voor ons te plannen. Want nu lijkt zeventien de grote stap, maar volgend jaar wordt hij achttien: een leeftijd waarop veel ouders voor het laatst samen met hun kinderen op vakantie gaan. En aangezien we door de wijn en onze B&B de voorbije jaren nooit de luxe hadden om te reizen, plannen we voor dat speciale jaar een grote trip, die hij volledig mag uitstippelen. Wat zullen we alle drie van die reis genieten.
Maar terwijl ik aan dat fantastische moment denk dat nog moet komen, slaat alweer de weemoed toe en besef ik dat dat mooie plan dat nu nog in ons hoofd zit, binnen niet al te lange tijd ook alweer een herinnering zal zijn. Die eerste zeventien jaar van zijn leven zijn dus voorbijgegleden. Wat blijft, zijn herinneringen en een hoop oude cassettes van een – zoveel jaar geleden hightech – videocamera die ondertussen allang niet meer werkt, waarvan ik al een eeuwigheid zeg dat we ze dringend op de computer moeten zetten, voordat ze helemaal onleesbaar worden.
Ik klap m’n laptop dicht, met het vaste voornemen om nu meteen naar de zolder te trekken, de cassettes te vinden en op zoek te gaan naar een computerspecialist die ze voor ons kan digitaliseren en ons zo Kwintens eeuwige jeugd kan schenken.
LEES MEER VAN KOEN STROBBE:
- Koens column: “Het gaat niet goed met Aimé, onze vroegere Franse buur”
- Koens column: “Wacht maar tot er kleinkinderen zijn. Die gaan met opa balletjes kloppen!”
- Koens column: “Als ik me stilhou en niemand me deze week feliciteert, word ik niet ouder”
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!