Koen
Comme chez Koen: “Het is traditie dat alle inwoners naar de ‘kerststal’ bij de burgemeester thuis komen kijken, met een drankje en een hapje”
Libelle-columnist Koen Strobbe (56) is auteur en woont met zijn vrouw Ilse en zoon Kwinten in het zuiden van Frankrijk. In zijn wekelijkse column vertelt hij over zijn leven in ‘la douce France’.
Het ziet ernaar uit dat we dit jaar kerst zullen vieren zonder onze familie. “Maar we gaan het extra gezellig maken”, hoor ik Ilse in de keuken tegen Kwinten zeggen. Ze hebben het over de grootte van de boom, en over het feit dat ze het treintje nog eens van stal willen halen. Dat elektrische kersttreintje kochten we toen Kwinten nog klein was, maar het is al jaren niet meer uit zijn doos gekomen. Ik begin te merken dat het écht hun bedoeling is om alle zeilen bij te zetten.
De kerstboom plaatsen en versieren is altijd al een moeder-zoon-momentje geweest. Als de boom er in volle glorie staat, barst ik natuurlijk in oh’s en ah’s uit en zeg dat het ‘de mooiste boom ooit’ is geworden. Wat ook waar is.
“De kerstboom plaatsen en versieren is een moeder-zoon-momentje. Als hij er in volle glorie staat, barst ik in oh’s en ah’s uit”
Vroeger was ik nochtans geen kerstmens. De gezelligheid en de pakjes wogen niet op tegen het miezerige weer en de donkerte die meestal met kerst en nieuw gepaard gingen. Maar sinds we in het zuiden wonen, is dat veranderd. Ofwel vieren we kerst hier, en dan is de kans zelfs reëel dat we op kerstdag kunnen barbecueën, ofwel gaan we naar België en daar weegt de donkerte niet op tegen de familiewarmte. Leve de kerst dus!
Nu we weten dat we hier blijven met kerst, ga ik al eens een kijkje nemen in de supermarkt om de nodige lekkernijen in te slaan. Groot is mijn verbazing wanneer ik daar aan de kassa de ex-burgemeester van het dorpje waar we vroeger woonden tegen het lijf loop. In het dorp was het traditie dat elk van de tweehonderd inwoners in de kerstperiode naar de ‘kerststal’ bij de burgemeester thuis kwam kijken, met een drankje en een hapje. Zo’n kerststal in Zuid-Frankrijk neemt snel buitenmaatse proporties aan. Bij de burgemeester vulde die de hele woonkamer. Er waren bergen uit papier-maché, bossen, de stal, hele kuddes schapen en het landschap stond vol ‘santons’, prijzige kerstfiguurtjes waarvan de burgemeester een gigantische collectie had bijeen gespaard.
De burgemeester is nu geen burgemeester meer, maar haar lach is nog altijd even warm als toen. “Jullie moeten zéker langskomen. Het is zolang geleden!”
“Ik ben verbaasd dat uw kerststal-evenement gewoon doorgaat in deze tijden”, zeg ik voorzichtig en zet een stap achteruit wanneer haar mondmasker voor de zoveelste keer onder haar neus floept.
“Er is voor alles een oplossing”, knipoogt madame le maire. Dus spreken we af dat Ilse en ik in het weekend een kijkje komen nemen.
“Wij gaan wel niet naar binnen, hé”, zegt Ilse in de auto. “Los van het feit dat dat niet veilig is, mag het ook gewoon niet.”
“De kerststal is een hele kerstinstallatie geworden, met overal lichtjes, een vulkaan waar rook uitkomt en tientallen fleurige kerstfiguurtjes”
Maar we zijn blij verrast: er staat nu een grote veranda tegen de zijgevel van het huis, met aan weerskanten schuifdeuren die breed openstaan. De kerststal is een hele kerstinstallatie geworden, met overal lichtjes, een vulkaan waar rook uitkomt en tientallen fleurige kerstfiguurtjes. Een familie met jonge kinderen staat zich te vergapen aan het kleurige spektakel. Voor de ingang van de veranda staat een bord, met daarop: ‘Dagelijks tussen 17 en 19 uur. Eén familie per keer.’ Op een tafeltje staan tetrabrikjes sinaassap en kleine flesjes wijn met schroefdop.
Als de familie de veranda verlaten heeft en terug naar de auto stapt, gaan wij naar binnen. Franse kerstliedjes schallen uit een luidspreker tegen de muur. Toch voelt het vreemd aan om met een flesje wijn in de hand helemaal alleen in iemands huis te staan.
Plots horen we achter ons getik tegen het raam. Wanneer we ons omdraaien, staan de ex-burgemeester en haar man in hun woonkamer achter het raam te glunderen. Zij draagt een rendierdiadeem en hij een kerstmuts en samen proosten ze ons toe met een glas wijn in de hand, terwijl ze luid ‘Prettige kerst!’ naar ons roepen.
Even later zitten wij terug in de auto op weg naar huis, allebei met een ietwat idiote grijns op ons gezicht en een warm gevoel vanbinnen. Ilse pakt haar gsm en stuurt de burgemeester een enthousiaste sms om haar te bedanken voor haar hartelijke onthaal en haar inventiviteit.
“Ach, het is een kleinigheid”, antwoordt de burgemeester, “Een beetje warmte en hoop in deze bange dagen.”
LEES MEER VAN KOEN STROBBE:
- Comme chez Koen: “Groot was mijn verbazing toen Marceline deze keer zélf mee wou gaan naar de supermarkt”
- Comme chez Koen: “De bureaucratie werkt hier nóg trager en dat merk je in kleine en grote dingen”
- Comme chez Koen: “Plots merk je dat het leven van tieners nu een stuk complexer is dan het leven tijdens onze eigen schooltijd”
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!