17 mannen over het huishouden: “Het is geen populaire opinie, maar ik denk dat een vrouw gewoon beter is in het huishouden dan een man”
Als vrouw durven we er wel eens smalend over doen, maar wat als we de mannen nu eens zélf aan het woord laten? Van budgetteren en ramen lappen tot opvoeden: dit kunnen we van hen leren.
Ignace (86): “Mijn vrouw en ik wassen sinds mijn pensioen samen af. Elke dag, al meer dan 20 jaar intussen. Een vaatwas hebben we nog nooit gehad en gaan we nu ook niet meer in huis halen. Meer nog: ik vind het eigenlijk wel een tof moment. Ik was af en zij zit naast mij op een stoel om af te drogen. En ondertussen babbelen we wat, of babbelen we niet. Het is voor mij het toppunt van gezelligheid.”
Frederik (39): “Het huishouden is een gevaarlijk onderwerp tussen mijn vrouw en mij. Wij hebben er een fundamenteel andere visie op, en veel van onze discussies gaan daarover. Zelf vind ik het niet moeilijk om huishoudelijk werk uit te besteden. Ik voel me niet schuldig als onze poetshulp komt, vertel zonder schroom dat we onze strijk door iemand anders laten doen en kan perfect een babysit inschakelen als dat nodig is.
Mijn vrouw werkt net als ik fulltime, toch kan zij het huishouden niet loslaten. En ze verwacht dat ik ook help. Dus ik doe mijn deel: ik vul de vaat en haal ’m leeg, draai wasjes en breng ’s ochtends de kinderen naar school. Wàt ik doe, doe ik voor haar want als zij er niet zou zijn, zou ik zonder schaamte niets in het huishouden doen. Maar als ze de avond voor de poetshulp komt in paniek het huis begint te stofzuigen, dan kan ik daar niet in meegaan.”
Wàt ik in het huishouden doe, doe ik voor haar want als zij er niet zou zijn, zou ik zonder schaamte niets in het huishouden doen
Jef (43): “Het huisvuil buitenzetten is mijn – typisch mannelijke – taak. Wat in realiteit betekent dat dat ik minstens één keer per week in mijn onderbroek en vol stress naar beneden loop, omdat ik gewekt werd door het geluid van de vuilkar en besef dat ik het wéér vergeten ben. Wat mijn vrouw dan doet? Betekenisvol zwijgen.”
Joachim (34): ” ‘Ah, dus jij bent de vrouw in de relatie?’ Vreselijk als mannen én vrouwen dat zeggen als ik vertel dat ik het meeste in het huishouden doe. Nee, ik ben de man in de relatie die lang heeft alleen gewoond en perfect zijn eigen boontjes kan doppen. Dat zou toch niet meer abnormaal mogen zijn?”
Dirk (70): “Mijn vrouw en ik zijn gescheiden. Toen ze de laatste dag in ons huis woonde, heeft ze bij alle huishoudelijke toestellen een briefje gelegd met de uitleg erbij. Ik had nog nooit een wasmachine laten draaien of een droogkast gevuld. Het was pijnlijk om in haar handschrift te zien op hoeveel graden ik de witte was moest draaien, maar het heeft me wel geholpen.
Toen mijn ex-vrouw de laatste dag in ons huis woonde, heeft ze bij alle huishoudelijke toestellen een briefje gelegd met de uitleg erbij
Intussen ben ik een expert. Dinsdag is mijn vaste was- en plasdag. Dan laat ik alle machines in één keer draaien en hangt het hele huis vol heerlijk ruikende kleren. Ik heb ook Google ontdekt: wist je dat zelfs de kooktijd van een ei te vinden is online? Ik red me perfect.”
Seb (42): “Eén ding weet ik zeker: vrouwen hebben meer last van rommel dan mannen. Mijn vrouw zal zich nooit in de zetel zetten als er kleren op liggen, of speelgoed van de kinderen. Ik? Ik schuif de rommel opzij en zet me er tussen. 30 centimeter vrije plaats is genoeg voor mij.”
Michael (56): “Hoe simpel kan het zijn: als je de vaatwas vult, sorteer je het bestek meteen. Uitladen gaat veel sneller dan! Al dertig jaar hebben mijn vrouw en ik dezelfde discussie en zij blijft het rommelig in de vaat gooien.”
Robert (68): “Het is geen populaire opinie, maar ik denk dat een vrouw gewoon beter is in het huishouden dan een man. Een vrouw legt er zich er meer en liever op toe, bij een man blijft het een opdracht.”
Thomas (40): “In ons nieuwbouwhuis wilde ik één ding: een inkom met 5 gangkasten. Op die manier kan ik al het rondslingerend speelgoed van de kinderen, of de sleutels van mijn vrouw gewoon direct in de kast van de juiste persoon leggen. Nooit meer de vraag ‘waar is mijn…’ horen: die gedachte is voor mij al een goeie reden om zo snel mogelijk te verhuizen.”
Marco (38): “Mijn vrouw en ik zijn een zeer goed huishoudelijk team. Zij maait het gras, ik doe de haag. Ik ga naar de winkel en kook, zij doet de was. Zij regelt de cadeautjes, ik breng de kinderen naar de feestjes. Puur praktisch zijn wij onklopbaar, al kan ik wel leukere activiteiten samen verzinnen dan het huishouden.”
Puur praktisch zijn mijn vrouw en ik onklopbaar, al kan ik wel leukere activiteiten samen verzinnen dan het huishouden
Martijn (34): “Mijn huishoud-hack? De app Google Keep. Ik deel er boodschappenlijstjes met mijn vrouw en wie tijd heeft haalt de boodschappen. Vroeger besefte ik altijd thuis dat ik dat ene ding dat we écht nodig hadden, vergeten was. Met deze app: nooit meer!”
Tom (39): “Mijn grootste frustratie in het huishouden is dat de kinderen niets lusten. Ik maak lekker eten, ik serveer het met liefde en élke keer trekken ze hun neus op en zeuren ze om een boterham met choco. Zo demotiverend.”
Mathias (52): “Onze verdeling is duidelijk: mijn vrouw is verantwoordelijk voor het denkwerk – zij zorgt dat alle producten in huis zijn, zij managet de huishoudhulp, zij zegt wat er nodig is – en ik ben verantwoordelijk voor het doe-werk. We bespreken alles samen, maar ik zal alles uitvoeren.“
Luc (68): “Ik doe niets in het huishouden. Ik mag niet, want als ik iets doe is het toch niet goed. Jaren geleden heb ik het losgelaten en geloof me: zowel zij als ik zijn daar tevreden mee.”
Hans (45): “Ik werk met de app YNAB, ‘you need a budget’ om ons budget bij te houden. Als kind ben ik opgegroeid in een gezin waar geld een probleem was, en ik wil dat nooit meer meemaken. Met het systeem YNAB bepaal je op voorhand hoeveel geld je aan wat wilt uitgeven en probeer je daar binnen te blijven. Mijn vrouw wordt er gek van, maar mij helpt het.”
Kristof (32): “Toen ik zes jaar geleden aan mijn vrienden vertelde dat ik mijn job als verkoper in een sportwinkel inruilde voor die van poetshulp, gingen hun wenkbrauwen in de lucht. Ik was wel altijd een propere jongen, maar dat ik als werk andere mensen hun huis ging poetsen, dat vonden ze wel gek.
Vandaag ziet iedereen in dat het een job als een andere is en vooral, dat ik ’m kan combineren met de zorg voor mijn partner met een beperking. Ik heb nog geen seconde spijt van mijn switch. Ik merk wel dat mijn klanten in het begin andere verwachtingen hebben. ‘Oei, jij bent geen homo’, kreeg ik zelfs te horen. Of ze vragen dat ik de zwaardere dingen ook doe, zoals tafels en zetels verplaatsen, wat ze niet meteen aan een vrouwelijke huishoudhulp zouden vragen.
Maar de meesten zijn vooral heel tevreden van mijn werk. Ik vind het leuk dat we een community op Facebook hebben waar we raad kunnen vragen aan andere poetshulpen. Ik heb er al veel geleerd. Zo poetste ik vroeger altijd de ramen met nat, nu weet ik dat je het op zonnige dagen even goed kan doen met een licht vochtige microvezeldoek. Het grappige is: bij mij thuis ligt het proper, maar daar hoeft het niet perfect te zijn. Bij mijn klanten wel. Het huishouden is en blijft voor mij een job, geen passie.”
Koen (48): “Mijn grootste huishoudblunder? Toen de stofzuigrobot over een kakje van de hond was gereden in huis. Je kunt je de vloer inbeelden wanneer ik thuiskwam van het werk.”
Uit: Libelle 27/2023
Meer lezen:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!