Gert Verhulst: “Alles wat ik heb bereikt in mijn leven, zat als kind al in mijn hoofd. Ik wist dat ik later een pretpark wou”
Over Gert Verhulst weet iedereen alles al, of zo lijkt het toch. Daarom schotelden wij hem enkele verrassende vragen voor, op zoek naar de mens achter de BV.
Zelden heb ik me zo weinig voorbereid op een interview als op dat met Gert Verhulst. Hij is er 56, ik 40, en ik heb het gevoel dat ik hem al heel mijn leven ken. Als kind sliep ik elke nacht op een fuchsia hoofdkussen met de jonge Gert erop. Elke zondagochtend was hij trouw op post met ‘Samson’, en op vrijdagavond opnieuw als presentator van ‘Zeg eens euh!’. Het was zo’n tv-moment waar we met het gezin naar uitkeken omdat we wisten: dat wordt lachen.
De jaren nadien zou Gert Verhulst alleen maar succesvoller worden en niet meer uit de media weg te slaan zijn. Na vijf seizoenen van zijn docuserie ‘De Verhulstjes’ – het zesde is net aangekondigd – weet ik waar Gert en zijn vrouw Ellen wonen, hoe hij zijn eitjes ’s morgens het liefste heeft en wat zijn favoriete terras in Saint-Tropez is. ‘Wat kan er mislopen?’, denk ik, terwijl ik met de fotografe naar Antwerpen rijd. Maar als we aankomen aan Play Zuid waar zijn talkshow wordt opgenomen, wordt ons gesprek uitgesteld ‘wegens omstandigheden’ waar iedereen vaag over blijft.
De telefoon van Gert staat roodgloeiend door wat het meest spraakmakende interview in jaren zou worden
Wanneer we Gert twee uur later spreken in zijn loge, heeft hij er net het interview met Bart De Pauw op zitten. Voor het eerst in zeven jaar stemde die ermee in om z’n verhaal te doen in ‘De Tafel van Gert’, zonder medegasten en zonder publiek. De andere media zijn net op de hoogte gebracht van de speciale uitzending en de telefoon van Gert staat roodgloeiend door wat het meest spraakmakende interview in jaren zou worden. Maar waar iemand anders zijn kat zou sturen voor ons gesprek en thuis een fles wijn zou opentrekken om te bekomen, buigt Gert zich alsnog over onze vragen.
Op de planken met ‘ZomerRevue’
Deze zomer sta je samen met James Cooke, Karen Damen en Ruth Beeckmans op de planken met een revue. Wat moet ik me bij zo’n revue voorstellen?
“Een revue, dat klinkt wat oubollig, hè, met pluimen en zo. Het is eigenlijk meer een show met liedjes, sketches, ballet, een live orkest… Zie het als een ontspannende avond waarop er veel gelachen zal worden.”
Vanwaar die drang om nog steeds op een podium te entertainen?
“Die revue is eigenlijk mijn hobby voor de komende zomer. Vergelijk het met mensen die overdag gaan werken en ’s avonds gaan toneelspelen. Dat geldt voor mij ook: ‘De Tafel van Gert’ is mijn werk, maar zo’n revue, dat is het allerleukste wat er is.
“Zo’n revue is het allerleukste wat er is. ik logeer een hele zomer aan zee, en ’s avonds zing ik liedjes en speel ik sketches; het is een beetje zoals een hobby”
Een paar jaar geleden heb ik met James Cooke en Karen Damen ‘Chateau Cupido’ gespeeld, een komedie. Daar zijn meer dan 30.000 mensen naar komen kijken. We hebben ons toen echt waanzinnig geamuseerd, het was fantastisch om elke avond volle zalen aan het lachen te krijgen. Toen kwam corona en moesten we ermee stoppen, maar ik ben blij dat we opnieuw samen kunnen optreden. Ik logeer een hele zomer aan zee, en ’s avonds ga ik wat liedjes zingen en sketches spelen.”
Is humor belangrijk voor jou? Want als ik jou en Ellen zie, denk ik: die lachen wat af samen. Hoe belangrijk is het bijvoorbeeld in een huwelijk?
“Je moet kunnen lachen samen, dat is levensnoodzakelijk. Ik ben iemand die sowieso redelijk goed kan relativeren, ik probeer altijd de humor ergens van in te zien, zelfs van miserie. Humor is niet alleen belangrijk in een relatie, maar in het leven tout court. Het helpt om dingen te verwerken. Vanavond is een uitzondering, maar als er in ‘De Tafel van Gert’ een zwaar onderwerp aan bod komt, vind ik het belangrijk om nadien ook te kunnen lachen.”
In ‘De Verhulstjes’ hebben jullie ook vaak dolle pret met hond Leo. Er bestaan dus ook dieren met humor?
“Onze hond Leo is zeer grappig! Enfin, hij bedoelt dat natuurlijk niet zo, maar Ellen en ik moeten echt heel hard lachen met de luide scheten die hij ’s nachts laat – hij slaapt bij ons op de kamer. We zijn net terug uit Saint-Tropez. Ons buitenverblijf heeft zo’n steile oprit. Leo wordt een dagje ouder, en na een wandeling staat hij beneden te kijken. Zo van: méén je dit nu echt dat ik helemaal omhoog moet? Wij vinden Leo heel grappig.”
Ons gesprek wordt plots onderbroken door een dringend telefoontje dat Gert moet opnemen. Maar hij houdt het kort en zegt dat hij ‘in gesprek is met ‘Libelle/Rosita’. “
Skiën in jeans
Jij spreekt nog van ‘Rosita’, Gert! Zo heette ons blad héél lang geleden.
“Ah, maar wij hadden dat thuis. Één keer per week, op woensdag, kwam de ‘bladenman’ langs. Voor mijn moeder had hij ‘Libelle/Rosita’ bij, voor mij ‘Donald Duck’, voor mijn zus Veerle ‘Tina’ en voor mijn broer Wouter ‘Sjors en Sjimmie’. Hebben jullie nog altijd zo’n stripverhaal op de laatste bladzijde?”
Nee, intussen is dat de column van Anne Davis. Uit wat voor nest kom jij?
“Mijn vader was elentrieker bij de spoorwegen, mijn moeder huisvrouw, we waren met drie kinderen. We hadden niet veel – onze vader ging wel wat bijklussen ‘in het zwart’ want hij wilde vooruit in het leven – maar mijn ouders konden wonderen doen met het weinige dat we hadden. Wij gingen bijvoorbeeld skiën – niemand van mijn klas deed dat — maar op onze manier.
“We hadden thuis niet veel, maar we gingen toch skiën: we logeerden in een minikamertje en skieden in onze jeansbroek”
Met onze kleine auto reden we naar Oostenrijk, we overnachtten in een minikamertje. Skikleren hadden we niet, dus wij skieden in een jeansbroek. De ski’s waren geleend van vrienden van ons vader. Het enige wat geld kostte, was de skipas, dus we zaten op die berg vanaf het moment dat de liften opengingen tot ze sloten, elke minuut moest renderen. ’s Middags kwam mijn moeder naar boven met de pistoleetjes.
De meeste mensen in onze situatie zouden zeggen: skiën, dat is niks voor ons. Maar wij deden dat wél. Het is alleen met een positieve ingesteldheid dat je zoiets kunt bereiken. Dat heb ik altijd enorm bewonderd aan mijn ouders.”
Wat ik bewonder aan jou, is dat jij als ondernemer je fortuin hebt opgebouwd uit het niks. Je heb je geld niet van thuis uit meegekregen.
“Dat klopt, en dat geeft mij een enorme voldoening. Bon, Viktor en Marie zitten nu in een andere situatie, daar kunnen ze niks aan doen. Maar ik ben inderdaad van nul – onder nul zelfs – begonnen.”
Pretparkje spelen
Wat geeft jou hoop voor de toekomst, Gert? De natuur, kunst, de wetenschap…?
“Wetenschap, zonder twijfel. Ik geloof heel sterk dat veel van de wereldproblemen – de klimaatopwarming om maar iets te noemen – dankzij de wetenschap opgelost kunnen worden. Vroeger vond iemand iets uit in Amerika en duurde dat een half jaar voordat het hier bekend geraakte.
Nu kun je iets delen met één druk op de knop. Onze kennis gaat pijlsnel omhoog. Er hebben nog nooit zoveel mensen en kinderen de kans gekregen om te kunnen studeren. Ik hoor jonge mensen zeggen dat ze geen kinderen op de wereld durven te zetten, maar statistieken bewijzen dat we het wel goed hebben. Je fronst zo? Geloof je mij niet?”
Sorry, ik zal zeggen waarom. Veel kinderen en jongeren hebben het moeilijk, worstelen met mentale problemen, veel ouders voelen zich machteloos.
“Op dat vlak heb ik geluk gehad. Marie en Viktor hebben nooit gepuberd, we hebben nooit conflicten gehad. Viktor heeft wel lang in een moeilijke periode gezeten op school, hij wist niet wat hij met zijn leven moest aanvangen. Maar dat hebben we toch allemaal meegemaakt? Ik was achttien, ik wilde naar de toneelschool en was gebuisd voor mijn ingangsexamen. Het is ook niet erg om het even niet meer te weten. Ik vind het belangrijk om niet te dramatiseren, en zelf als ouder zo hoopvol mogelijk in het leven te staan.”
“Ik ben als een positieve mens geboren. Het glas is altijd halfvol en daardoor kon ik in bepaalde dingen geloven”
Ben je altijd zo positief geweest?
“Ik denk dat ik als een positieve mens ben geboren, ja. Voor mij was het glas altijd halfvol. Het zorgde ervoor dat ik in bepaalde dingen kon geloven. Alles wat ik heb bereikt in mijn leven, zat eigenlijk als kind al in mijn hoofd. Als wij thuiskwamen van de Efteling, speelden wij een week ‘pretparkje’. Ik vertelde dat thuis: later wil ik mijn eigen pretpark. Uiteraard is die kans bijzonder klein, dat geef ik toe. (lacht)
Maar toch, door een samenloop van omstandigheden word je op een dag wakker en heb je je eigen pretpark. Hoe zot is dat? Maar je moet er dus wel altijd in blijven geloven.”
Boek vol knipsels
Is er een dode die je nog graag eens zou terugzien, Gert?
“Ja. Mijn moeder. Mijn vader. Iedereen die ik verloren heb eigenlijk. De dood van iemand is verschrikkelijk, dat is het ergste wat je kan overkomen. Maar het verlies van je ouders is zo bedoeld door de natuur, daar moet je je bij neerleggen. De dood van mijn vader hebben we zien aankomen, we hebben afscheid kunnen nemen.
Mijn moeder is heel plots gestorven, dat is minder mooi afgerond. Dus als ik dan moet kiezen, zou ik mijn moeder graag terugzien. Ze heeft bijvoorbeeld de talkshow op de boot niet meegemaakt. Ze zou dat fantastisch gevonden hebben; ik weet dat ze heel fier zou zijn geweest. Ze volgde mijn carrière op de voet. Ze hield plakboeken bij met alles wat er over mij verscheen. Ik denk dat elke moeder dat doet, toch?”
Mijn moeder houdt inderdaad ook alle Libelles bij waar ik in sta. Doe jij dat ook voor jouw kinderen?
“Dat klinkt nu heel blasé, maar wij staan té vaak in de boekskes, daar is geen beginnen aan. De knipsels van mijn moeder liggen ergens boven op zolder. Ik weet dat ze er liggen, maar ik kijk er nooit in. Ik leef meer in de toekomst dan in het verleden.”
“Als iemand me echt nodig heeft, sta ik er, maar verder ben ik veel afwezig. Ben je dan een goeie vriend voor iemand? Ik weet het niet…”
Laatste vraag: beschouw je jezelf als een goeie vriend?
“Nee. Hoewel… Ik weet niet of je mijn liedje kent dat ik zing met James Cooke en Jan Smit? (begint te zingen) ‘Altijd. Ik ga niet vaak met jou op pad. Geloof me, dat is niet omdat ik jou vergeet. Dat is maar schijn. Want al zo goed zal ik er zijn.’ Ik ben een beetje een afwezige vriend, ik zit elke weekdag hier voor mijn talkshow, in het weekend maak ik tijd voor Ellen. Maar als het serieus is en iemand heeft me nodig, dan ben ik er. Ben je dan een goeie vriend? Ik weet het niet. Ik kan mijn vrienden ook op één hand tellen. Daar denk ik soms wel over na: nu werk ik hard, maar als het leven rustiger wordt, heb je dan niet meer vrienden nodig om samen dingen te doen?”
Tel je Ellen, Marie en Viktor ook mee op die ene hand?
“Nee, nee. Die zijn buiten categorie. Allez, als van mijn vijf vrienden mijn vrouw en mijn kinderen ertussen zouden zitten, dan zou ik toch wat eenzaam zijn, vrees ik.” (lacht)
Beleef de ZomerRevue met 20% KORTING dankzij libelle!
Wil je Gert en James aan het werk zien in de ZomerRevue? Surf dan snel naar libelle.be/zomerrevue en koop je tickets met 20% korting.
Korting geldig op alle speeldata in categorie 1, niet op het diner of het Plopsa Hotel. Actie geldig tot zolang de voorraad strekt. OP = OP.
De show vindt plaats in het Plopsa Theater in De Panne.
Meer interessante artikels:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!