Karen
“In de winkel moet ik steevast vragen naar mijn maat, alsof dat een enorme gunst is”
Hoofdredactrice Karen is 47 en gelukkig getrouwd met Koen. Er is bij haar thuis altijd leven in de brouwerij, met haar drie kinderen Oliver, Noor en Anthony, én hond Goemmer.
Pochettekes en baggy jeans
Anthony doet dit jaar z’n plechtige communie, volgende maand is het al zo ver. Dat betekent dat ik, naar goede gewoonte, ons hele gezin in het nieuw moet steken. Zo hoort dat, toch? Anthony zelf is al klaar. Dat moest wel, want we gaan nog foto’s van hem maken voor z’n bedankkaartjes. Hij heeft een mooie broek, een leuk hemdje en vest en ziet er piekfijn uit. Die jongste van ons is wel zo makkelijk met kleding, alles staat hem goed.
Winkelen voor mezelf is nooit m’n favoriete bezigheid geweest. Altijd is er wel iets leuker te doen: een terrasje doen bijvoorbeeld
M’n man Koen is ook al helemaal in orde. Z’n kostuum en feestelijke pochette hangen al klaar in de kast. Nu resten nog Noor, Oliver en ikzelf. Meestal loopt het voor Noor van een leien dakje. Een uurtje met haar in de stad en ze vindt altijd wel een leuk kleedje of een rok. Oliver zal waarschijnlijk weer net iets moeilijker zijn. ‘Comfort’ en ‘makkelijk’ staan bovenaan zijn lijstje en laten we eerlijk zijn, de meeste hemden en mannenbroeken zitten minder comfortabel dan een baggy jeans, voetbalshort of sweater. En dat kan natuurlijk niet op zo’n feestdag.
Borsten & billen
Maar het allergrootste obstakel… dat ben ik. Winkelen voor mezelf is nooit m’n favoriete bezigheid geweest. Altijd is er wel iets leuker te doen: een terrasje doen bijvoorbeeld, of shoppen voor man en kinderen. Of we hebben de hond bij en die wordt ongeduldig van te lang passen. Als we dan al in een winkel staan, moet Koen me soms echt verplichten om te passen. Zo ook vorige zondag. We waren zaterdag al naar de stad geweest, maar toen had ik onze tour nog kunnen ‘afleiden’ naar de slager en de groentewinkel. Nadien hadden we – uiteraard – te zware zakken om nog een kledingwinkel binnen te gaan. Dat terrasje ging net nog.
Maar zondag waren de winkels ook open en deed Koen een nieuwe poging. Daar gingen we weer op kledingexpeditie. Mijn eerste pijlsnelle ‘scan’ als we een kledingzaak binnengaan, is op kleur en maat. Dat laatste blijkt soms moeilijk. Nu heb ik geen ideale maten, dat weet ik ook wel. Ik vind dat ook helemaal niet erg, maar op zo’n trip word je wel met je neus hard op de feiten gedrukt. Ik ben 1m65 klein en weeg bijna 80 kilo. Mollig, rond van neus tot teen en niet te groot dus. Borsten en billen die niet weg te stoppen zijn. Maat 44. Alleen hangt die 44 heel vaak niet zomaar in de winkelrekken. In de meeste winkels moesten we vragen of ze dit of dat ‘nog in mijn maat’ hadden. Alsof dat een enorme gunst zou zijn. En wat dan als je 46 of meer hebt?
Ik denk dat ik nog eens diep in m’n kast ga graven, met een paar nieuwe schoenen erbij. Maatje 39, heel courant