Karen
“Ik blijf het enorm gezellig vinden om met heel het gezin ouderwets rond het tv-kastje te zitten”
Hoofdredactrice Karen is 49 en gelukkig getrouwd met Koen. Er is bij haar thuis altijd leven in de brouwerij, met haar drie kinderen Oliver, Noor en Anthony, én hond Goemmer.
Van Sandra tot Johnny
Afgelopen week stond bij ons thuis helemaal in het teken van twee jaarlijks weerkerende tv-monumenten: de finale van De Mol én het Eurovisiesongfestival. Beide goed voor verhitte discussies en een flinke portie familie-entertainment. Het is tegenwoordig ouderwets, maar ik blijf het enorm gezellig vinden om met heel het gezin rond één tv-kastje te zitten, en niet elk op zijn eigen kleine gsm-scherm. In die laatste aflevering van De Mol was iedereen thuis ondertussen overtuigd dat Sarah de toffe saboteur was, dus toen dat ook bleek te kloppen, voelden we ons in een ‘winning mood’.
De week kon niet meer stuk, ook niet voor het Songfestival. Als kind vond ik die groots opgezette muziekwedstrijd ronduit magisch. Ik ken de dansjes van Sandra Kim, de Bobbysocks en Bucks Fizz – die rokjes! – nog steeds uit het hoofd. Ik zou Johnny Logan met ‘What’s Another Year?’ of ‘Hold Me Now’ nog net zo kunnen playbacken als toen. Als we meedoen met een quiz, hoop ik steevast dat er een ronde Songfestival in zit. Dankzij dat festival leerde ik trouwens ook mijn eerste én zowat enige woordjes Duits en Italiaans, met ‘Ein bißchen Frieden’ en ‘Gente di Mare’.
We hadden ‘De Mol’ al ontmaskerd en nu kwam het Songfestival er nog aan. De week kon niet meer stuk
Sinds de halve finales bestaan, begint het feestje hier al op dinsdag. Om negen uur ’s avonds zaten we dus met z’n vijven paraat, deze keer om te supporteren voor onze Belgische inzending: Red Sebastian. Rode outfit, guitige ogen, een unieke stem en tonnen enthousiasme – ‘onze’ Seppe ging er voluit voor. Onze meningen over het lied waren verdeeld, maar iedereen vond unaniem dat hij een plek in de finale dubbel en dik verdiende.
Zeker toen we de andere acts zagen: springende mannetjes uit IJsland die deden denken aan Mik, Mak en Mon, een wonderlijke stem uit Azerbeidzjan, een slaapverwekkend liedje uit Slovenië… Die halve finale zagen we dus als een soort opwarmertje voor Red Sebastian. De echte spanning was voor zaterdag, dachten we. Die finale was zo goed als in de sacoche. Dat was zo zeker dat Oliver nog ‘even iets ging drinken’ voor de puntentelling. Anthony ging ook al naar bed – de volgende dag was immers een schooldag – en Koen lag al te knorren op de zetel.
Geen Red Sebastian… Die finale was nochtans zo goed als in de sacoche, dachten wij met ons vijven
Alleen Noor en ik bleven voor alle zekerheid nog even kijken. En toen… geen Belgium bij de finalisten. Daar zaten we dan. Wat nu? Onze puntenbladen voor zaterdag lagen klaar, met scores voor lied, outfit en act. We begrepen er niets van. Was het te véél rood? Was het het lied en de verdeelde muzieksmaak? Of was het gewoon pech, verloren tussen de ‘Espresso Macchiato’ en het lied over die sauna?
Soms mag het gewoon niet zijn, hoe hard je ook je best doet. En dan moet je toch trots zijn. Op de glitter. Op het lef hebben om mee te doen. Zaterdag leggen we misschien het puntenblad op tafel. Misschien ook niet. Het wordt mooi weer, misschien is het wel tijd voor een barbecue. En als ik echt even de bloemetjes wil buitenzetten, dan dans ik in de keuken wel stiekem op Sandra Kim.