“Mijn kinderwens was zó groot. Dan ging ik er maar in mijn eentje voor”
Achttien jaar geleden vertelde lezeres Lieve (48) in Libelle dat ze zwanger was van een onbekende spermadonor. Vandaag doet ze opnieuw haar verhaal, samen mét haar – intussen twee – schatten van kinderen, Saar en Daan.
30 mei is Dag van het Donorkind
Dag Libelle, ik ben Lieve Goedgezelschap en laatst kwam ik een fijne herinnering tegen die verstopt zat in een schuif: de reportage in Libelle van achttien jaar geleden, waarin ik vertelde over mijn zwangerschap. Geen ‘gewone’ zwangerschap in die tijd. Als alleenstaande mama ging ik voor een kindje van een onbekende spermadonor. Mijn dochter las het verhaal, en had het idee om er een vervolg aan te breien. Zouden jullie dat zien zitten?
En of we dat zien zitten! Lieve, op dat moment achtentwintig jaar, koesterde al vijf jaar lang een grote kinderwens. “Alleen had ik niemand om die in vervulling te laten gaan. Ik was twee jaar eerder al naar de fertiliteitskliniek gestapt, omdat mijn biologische klok tikte en ik de liefde maar niet vond. Met een onbekende spermadonor zou ik mijn droom wel kunnen waarmaken.
‘Kom over twee jaar nog maar ’ns terug’, zeiden de dokters. Ik had volgens hen nog tijd genoeg om de man van mijn leven tegen te komen
Mijn familie en vrienden stonden als één blok achter mij, de dokters spijtig genoeg niet. Volgens hen was ik te jong en had ik nog genoeg tijd om de man van mijn leven tegen te komen. ‘Kom over twee jaar nog maar eens terug,’ zeiden ze, ‘maar hopelijk hoeft dat niet’. Zo gebeurde het dus dat ik, op mijn achtentwintigste verjaardag, terugging. Zekerder dan ooit. Ik moest en zou een kind krijgen. En toen werd het licht wél op groen gezet. Na heel wat gesprekken en onderzoeken kwam er een eerste inseminatiepoging. En een tweede en een derde. Bij de vierde poging was het eindelijk prijs. Ik was zwanger.”
Lieve kreeg een dochter, Saar, die over enkele maanden haar achttiende verjaardag viert. Er kwam zelfs een tweede kind, via dezelfde weg: Daan. Kinderen grootbrengen kan met twee al een uitdaging zijn, en in je eentje is het dat zeker. “Sommigen dachten: ze weet niet waar ze aan begint. Een tijdje geleden was ik op een feestje en vertelde een vriend dat hij mij – nu hij gescheiden is en week om week alleen voor de kinderen moet zorgen – nog meer bewondert.
Zelden op adem komen
Inmiddels heb ik dus bewezen dat iedereen die zo zijn bedenkingen had, ongelijk had. Wat niet wil zeggen dat het niet uitdagend is geweest. Saar was niet de beste slaper als kind. Soms huilde ze tot diep in de nacht. Het is dan wel fijn als er een partner is die eens uit z’n bed komt, of als er schoonouders zijn waar je kindje op logement kan. Hoewel mama achter mijn beslissing stond, zei ze soms: ‘Jij wilde per se kinderen, dan moet je er ook zelf voor zorgen’. Eens op adem komen, kon enkel bij een van mijn beste vriendinnen. Zij was ook bij mijn beide bevallingen, wat de band tussen haar en mijn kinderen toch bijzonder maakt.”
Ik ben van in het begin eerlijk geweest tegen mijn kinderen. Ik heb hen verteld dat ze in het ziekenhuis ‘gemaakt’ zijn, via een spuitje
Lieve heeft zich dus goed uit de slag getrokken als alleenstaande mama. Maar hoe zit dat met Saar en Daan? “Wat je nooit gehad hebt, kun je toch niet missen?” klinkt het. En dat is precies wat Lieve achttien jaar geleden van de psychologe te horen kreeg: ‘dat haar kinderen níét ongelukkig zouden zijn, zo zonder papa’. “Als je als koppel uit elkaar gaat, of de vader vertrekt na de zwangerschap, kan het wél zo zijn dat het kind zich niet welkom voelt en denkt: het is mijn schuld dat mama en papa niet meer bij elkaar zijn.
Trots op mama
Maar mijn kinderen hebben geen vader. Ik heb de donor ook nooit zo benoemd, omdat die man zijn sperma niet doneerde om vader te kunnen zijn, maar om vrouwen als ik, of koppels die om medische redenen geen kinderen kunnen krijgen, te helpen. Ik ben van in het begin eerlijk geweest. Ik heb Saar en Daan verteld dat zij in het ziekenhuis ‘gemaakt’ zijn, via een spuitje. En daar hebben ze zich verder geen vragen bij gesteld.” Saar en Daan zelf begrepen al van kinds af aan hoe ze op de wereld zijn gekomen, anderen hadden het daar wat moeilijker mee.
Saar: “Op school begrepen de kinderen het niet. Iedereen had een papa, dus moesten wij er toch ook één hebben? Omdat we vaak het onderwerp van gesprek waren, mocht ik van de juf vooraan in de klas gaan staan en mijn verhaal vertellen. Ik zei dat mama geen man had, maar dat ze wel graag kinderen wilde. Dat ze daarom naar het ziekenhuis was gegaan en dat de dokters haar twee kindjes hadden gegeven met een spuitje. Daarmee was de kous af. De knutselwerkjes die we voor Vaderdag maakten, gingen naar opa, en als we een familiestamboom moesten tekenen, zei mama grappend dat we een spuitje mochten tekenen op de plek waar de vader normaal staat. Dat was heel normaal. En als mensen nu raar opkijken wanneer ik zeg dat ik geen papa heb, leg ik het hen gewoon uit. Ik praat er zelfs gráág over. Uit fierheid, denk ik, want het is niet niks wat mama gedaan heeft. Ze heeft gevochten voor wat ze zo graag wilde, een mooier voorbeeld kun je toch niet geven?”
Blauwe ogen en slank
Hoewel Saar en Daan de spermadonor niet als hun biologische vader beschouwen, vragen ze zich soms wel af wie hij is. Saar: “Of hij net als wij blauwe ogen heeft, wat zijn haarkleur is, en of hij even groot is als wij? Maar evengoed wat zijn hobby’s zijn en welke job hij heeft.
In onze familie is haast niemand muzikaal. Dan vraag ik me soms wel af: zou ik dat van mijn vader hebben?
In onze familie heeft haast niemand muzikaal talent, terwijl ik al jaren saxofoon speel. Misschien heb ik dat wel van hem meegekregen? Maar verder dan dat gaat het niet. Daan en ik hebben niet de behoefte om een antwoord te krijgen op die vragen, laat staan om hem te ontmoeten. En mocht dat wél zo zijn, zou het gewoonweg niet mogelijk zijn. Een spermadonor blijft anoniem. Vroeger was dat anders. Dan konden kinderen op hun zestiende de contactgegevens van de donor krijgen. Maar dat is niet erg, we focussen ons liever op wat we gemeen hebben met mama. Ik ben een even grote losbol, die graag een stapje in de wereld zet. En Daan heeft ongetwijfeld mama’s opruimwoede meegekregen.” (lacht)
Eén ding is duidelijk: Lieve heeft zich haar keuze nog geen dag beklaagd. “Ik ben blij met het leven dat ik heb, met mijn twee prachtige kinderen. Natuurlijk had ik graag de man van mijn leven ontmoet – daar hoop ik nog altijd op –, maar de liefde kun je niet forceren. Ik hoop dat Saar en Daan wél de liefde vinden en, als ze dat willen, ook kinderen op de wereld mogen zetten. Want ook al schrijven wij met ons drietjes een mooi verhaal, het is niet gemakkelijk om het alleen te doen. Zeker financieel niet. Zelfs met twee jobs moet ik in de supermarkt soms tellen en rekenen om rond te komen. En aangezien Saar volgend jaar op kot gaat, zal het er niet beter op worden. Maar ik gun het haar. En Daan over een dik jaar evenzeer. Als je iets echt graag wilt, dan lukt dat.”
Foto: Ann De Wulf • Make-up: Ad Van Mierlo
Nog meer openhartige verhalen lezen?
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!