Koen

“Ik zal het al heel wat vinden als ik dit seizoen niet eindig met bruine tomaten en een leger slakken”

Koen Strobbe keerde na twintig jaar in het zuiden van Frankrijk met zijn vrouw Ilse en zoon Kwinten terug naar ons land.

Over lentedrang en moestuinieren

Zodra de zon komt piepen en de thermometer boven de 12 graden klimt, lijkt het wel alsof half België collectief naar het tuincentrum trekt. Ik zie mannen en vrouwen met karren vol zakken potgrond, jonge plantjes, plantuitjes en zaden.

Ik wil vooral zuiderse groenten, dat zal wel iets te maken hebben met de jaren die we onder de Franse zon hebben gewoond

Zelf voel ik ook de lentedrang om mijn stukje grond om te toveren tot een weelderige oase vol tomaten, courgettes en aubergines. Ja, vooral zuiderse groenten, dat zal wel iets te maken hebben met de jaren die we onder de Franse zon hebben gewoond.

Je went eraan om ’s zomers allerlei vers van eigen kweek op je bord te hebben, en nu wil ik dat gevoel hier weer oproepen. Een beetje mediterrane flair in de Vlaamse klei.

Jaloersmakende rijtjes

Ik kijk met bewondering (en een tikkeltje jaloezie) naar hun perfecte rijen groenten en de weelde in hun tuin. Bij mij zal het voorlopig dus nog bij wat tomaten en courgettes blijven, met misschien een verdwaalde peperplant om te testen of die het hier in volle grond goed doet.

Wat ik hilarisch – en tegelijk een beetje tragisch – vind, is dat een moestuin eigenlijk, als je heel logisch denkt, financieel niet zo’n slimme zaak is. Al dat zaai- en plantgoed, de meststoffen en het gereedschap kosten best wat geld. En net op het moment dat je tomaten eindelijk rood en sappig aan de struik hangen, zijn ze in de supermarkt ineens in de aanbieding voor één euro per kilo.

Het is vooral de beleving. Het zaaien, het geduld, het dagelijkse inspecteren van je plantjes alsof het je kinderen zijn

Maar goed, het gaat natuurlijk niet alleen om de opbrengst. Het is vooral de beleving. Het zaaien, het geduld, het dagelijkse inspecteren van je plantjes alsof het je kinderen zijn. En het ongegeneerd trots kunnen zeggen: ‘Deze ratatouille? Die komt helemaal uit mijn eigen tuin.’

Vorig jaar beleefde ik mijn eerste minimoestuinavontuur in de tuin van ons nieuwe huis. Ik zette een paar pompoenplanten gewoon zonder spitten in het gras, en had niet verwacht dat die dingen zich zouden gedragen als woekerende lianen. Ze bedekten een flink stuk van de tuin en groeiden letterlijk over de schutting het veld van de buurman-boer in. Een groot succes, dat wel.

Serious business

Dit jaar pak ik het serieuzer aan: ik ga echt spitten, plannen maken en misschien zelfs een net spannen tegen hongerige vogels. Mijn enige vrees? Slakken. Vorig jaar leek onze tuin soms wel het decor van een horrorfilm, waarin glibberige monsters ’s nachts alles opvraten wat ook maar enigszins groen was. Ik ben geen voorstander van slakkengif, maar ook niet van slakken. Als iemand een beproefde, milieuvriendelijke antislakkenstrategie heeft: ik sta open voor tips!

Ilse en ik zijn natuurlijk twintig jaar wijnboer geweest. Een beetje ervaring met de natuur hebben we dus wel. Maar groot boeren is toch nog iets anders dan tuinieren. Wijnstokken betekenen vooral in de winter handenarbeid, als je gaat snoeien. Maar zodra de ranken groeien, wordt er veel machinaal met de tractor gedaan.

Ach, als het tuinier-experiment op een kleine ramp zou uitdraaien, dan troost ik mezelf met een van onze laatste flessen wijn van eigen oogst

Een moestuin daarentegen is misschien wel veel kleiner, maar door het gevarieerde aanbod ook complexer. En hier in België komt het weer er dan ook nog eens bij: als je pech hebt, wordt het moestuinplezier meer een dagelijkse strijd tegen onkruid, plagen en – helaas – de onvermijdelijke slakken. En dan ben je met al je boerenervaring niet veel beter gewapend dan elke andere hobbytuinier.

Vandaar mijn bewondering voor al die buren met hun perfect afgemeten moestuinrijen. Ik zou het al een overwinning vinden als ik dit seizoen niet eindig met een leger slakken, courgettes en tomaten vol bruine plekken en pepers die niet groter willen worden dan een snijboontje. Ach, als het tuinier-experiment op een kleine ramp zou uitdraaien, dan levert het misschien toch leuke verhalen op. En dan troost ik mezelf met een van onze laatste flessen wijn van eigen oogst. Die komen tenslotte óók van een plant.

Lees meer columns van Koen

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."