mijn verhaal
© Getty Images

Mijn verhaal: Annelies en haar gezin worden geterroriseerd door hun buurvrouw

Toen buurvrouw Lucienne voorstelde om af en toe op Annelies’ dochtertje te passen, vond ze dat een prima idee, maar het bleek de start van pesterijen die nu al maanden aan de gang zijn.

Annelies (35): β€œIk ken Lucienne al mijn hele leven lang. Ze woont in de wijk achter ons en komt hier regelmatig voorbij met haar hondje. Als je haar ziet, zou je denken: wat een lief, schattig omaatje. Maar ondertussen weet ik dat achter dat onschuldige masker iets veel onheilspellenders schuilgaat…

Ik leerde Lucienne beter kennen toen ons dochtertje Charlotte geboren werd. Die toenadering kwam vooral van haar kant. Ze zei dat ze dol was op kleine kinderen, maar dat ze helaas geen contact meer had met haar eigen kleinkinderen. En of ze ons niet kon helpen door af en toe op onze dochter te passen? Mijn man en ik zagen daar geen graten in, integendeel. Zo nu en dan een avondje voor onszelf, dat zagen we wel zitten.

Ik had echt het gevoel dat we er een lieve vriendin bij hadden, of zelfs een extra oma.

Lucienne vertroetelde Charlotte alsof ze haar eigen kleindochter was en richtte zelfs een kamertje voor haar in. Omgekeerd kreeg Lucienne al gauw een sleutel van ons huis. Zo groot was ons vertrouwen in die lieve, oude dame van om de hoek. Ik had echt het gevoel dat we er met Lucienne een lieve vriendin bij hadden. Of zelfs een extra oma.

Tot ik merkte dat ze ons vertrouwen begon te misbruiken… Steeds vaker stond ze onaangekondigd aan onze deur, met een of andere uitvlucht. Ik kreeg ook de indruk dat ze me nauwgezet in de gaten hield. Kwam ik terug van het werk, dan stond ze twee minuten later β€˜toevallig’ aan de deur. Een keer kwam ze zelfs ongevraagd ons huis binnen terwijl ik onder de douche stond!

Ook als we Lucienne niet zagen, liet ze ons geen seconde met rust. Elke dag stroomden de sms’jes en telefoontjes binnen. De toon van die berichtjes werd steeds agressiever, steeds dwingender: β€˜Waarom zijn jullie niet thuis?’, β€˜Van wie is die auto voor jullie deur?’. Lucienne eiste ons helemaal op voor zichzelf en kon het niet verkroppen als we familie of vrienden over de vloer hadden.

Overal dook ze op, met steeds zwaardere bedreigingen. Ze nam zelfs contact op met Kind en Gezin om te melden dat we onze dochter verwaarloosden.

Omdat we haar voortdurende bemoeienissen stilaan beu waren, besloten we onze dochter niet meer bij Lucienne te laten logeren. Ze reageerde furieus en kwam met veel drama de logeerspulletjes van Charlotte op onze oprit dumpen. Ik was opgelucht, omdat ik dacht ze ons nu wel definitief met rust zou laten. Maar niets bleek minder waar.

De maanden die volgden waren de hel. Op straat, aan onze voordeur, in mijn mailbox… Overal dook Lucienne op, met steeds zwaardere bedreigingen: β€˜Ik zorg ervoor dat je je job kwijtraakt’, β€˜Ik heb je man verteld dat je een affaire hebt’. Ze nam zelfs contact op met Kind en Gezin om te melden dat we Charlotte geen eten gaven en haar verwaarloosden.

Ten einde raad zocht ik Luciennes schoondochter op, met wie ze al jaren geen contact meer had. Die vertelde dat Lucienne haar ook jarenlang het leven zuur had gemaakt, tot ze uiteindelijk klacht had neergelegd bij de politie. Ik was in shock, kon mezelf wel voor het hoofd slaan: waarom had ik zo’n labiele vrouw zo dicht bij mijn gezin laten komen?

Ondertussen bleef Lucienne ons stalken. Als ik Charlotte naar school fietste, kwam ze met haar auto naast ons rijden om me uit te schelden. Op een keer ging ze zelfs mijn dochtertje van school ophalen, zogezegd met mijn toestemming. Gelukkig geloofde het schoolpersoneel haar verhaal niet en stuurden ze haar wandelen. Voor ons was de maat ondertussen meer dan vol. Nog diezelfde dag hebben we klacht ingediend bij de politie, maar die kon helaas niet veel meer doen dan Lucienne een waarschuwing geven. Dat de politie ons niet kon helpen, maakte me kwaad. Kwaad en radeloos.

Ik voel me een gevangene in mijn eigen huis en merk dat ik stilaan niemand meer durf te vertrouwen.

Mijn dochter breng ik tegenwoordig met de auto naar school, op een tijdstip dat ik zeker weet dat Lucienne niet in de buurt is. Ook thuis leef ik in voortdurende angst. Ik zit constant uit het raam te staren, om te zien of Lucienne ons niet weer staat te bespioneren. Ik voel me een gevangene in mijn eigen huis en merk dat ik stilaan niemand meer durf te vertrouwen. De voortdurende terreur van Lucienne beheerst mijn doen en laten, elke dag opnieuw. Dat is vast precies wat ze wil, maar voor ons is het gewoon geen leven meer.

Ik zou iedereen willen waarschuwen om mensen die plots je leven komen binnenwandelen, niet zomaar te vertrouwen. Hoe vriendelijk ze zich ook voordoen… Nog elke dag wilde ik dat ik Lucienne maar nooit zo dichtbij had laten komen. En dat ik me niet zo door haar had laten manipuleren. Ze kreeg ons zelfs zover om Charlotte vaker bij haar achter te laten dan bij mijn bloedeigen moeder. Daar voel ik me nog elke dag schuldig over.

Het probleem is dat iemand met kwade bedoelingen vaak heel langzaam je leven binnendringt, waardoor je het pas doorhebt als het te laat is. We proberen nu een contactverbod voor Lucienne te regelen via onze advocaat. Maar of onze miserie zo makkelijk van de baan zal zijn? Ik twijfel eraan…”

Uit: Libelle 36/2021 – Tekst: Margot Kennis

Meer openhartige verhalen:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."