“Mijn hart bloedt als ik eraan denk dat ik mijn kleinkinderen niet zie opgroeien, niet weet op wie ze lijken…”
Door een conflict heeft Caroline al jarenlang geen contact meer met haar kinderen. Sinds ook zij eigen kinderen hebben gekregen, bloedt haar hart nog meer.
Geen warm nest
Caroline (60): “Ik heb vijf kleinkinderen. Vier meisjes en een jongen. De oudste is negen jaar oud, de jongste is onlangs één geworden. Ik weet hoe ze heten en – ongeveer – waar ze wonen. Dat is alles. Geen idee hoe ze eruitzien, want ik heb hen nog nooit in levenden lijve gezien.
Ik weet dat ik als grootmoeder bepaalde rechten heb en dat ik het contact met mijn kleinkinderen zou kunnen afdwingen langs juridische weg. Maar hoe graag ik ook een rol zou spelen in hun leven, daar begin ik niet aan. Het lijkt me niet in het belang van een kind om verplicht op bezoek te moeten gaan bij een oma die ze niet kennen en van wie ze misschien nog nooit gehoord hebben, of alleen maar slechte dingen.
Pas op latere leeftijd heb ik ingezien dat ik zelf niet in een warm nest was grootgebracht, en dat dat invloed heeft gehad op de moeder die ikzelf ben geworden
Om te verklaren hoe het zo ver is kunnen komen, moet ik teruggaan naar mijn eigen kinderjaren. Er was weinig warmte bij ons thuis. Mijn ouders deden niet aan knuffelen en complimentjes geven. Ik kan me niet herinneren dat ik ooit bij mijn vader op schoot heb gezeten of door mijn moeder ben getroost. Als kind besefte ik dat niet; het was nu eenmaal mijn realiteit.
Pas op latere leeftijd ben ik gaan inzien dat mijn ouderlijke huis niet echt een warm nest was, én dat dat invloed heeft gehad op de moeder die ikzelf ben geworden. Wat je zelf niet hebt geleerd, kun je ook niet doorgeven aan anderen. Ik was dol op mijn dochter en mijn zoon, ging voor hen door het vuur. We speelden samen, we knutselden, we maakten fietstochten. Ik zie nog voor me hoe we tijdens een van onze kampeervakanties vrolijk zingend door het bos stapten. Ik was een echte doe-moeder. Actief en betrokken, dat zeker, maar niet echt warm.
Verbroken contact
Mijn kinderen knuffelen of troostend in mijn armen nemen als ze verdriet hadden: ik wist niet hoe dat moest. Op dat vlak heb ik ongetwijfeld steken laten vallen. En ik heb er de prijs voor betaald. Na de scheiding van hun vader zijn de kinderen bij mij blijven wonen tot na hun afstuderen. Toen zijn ze alleen gaan wonen en hebben ze abrupt het contact met mij verbroken. De aanleiding was telkens een akkefietje, een discussie over iets onbenulligs.
Ik heb gesmeekt: ‘Zeg me wat ik verkeerd heb gedaan en hoe ik het kan goedmaken.’ Maar het enige wat mijn dochter antwoordde, was: ‘Met u valt niet te leven.’ Ik hoorde de echo van haar vader. Zelf heb ik na de scheiding altijd vermeden om kwaad te spreken over hun vader, maar omgekeerd is dat vermoedelijk wél het geval geweest. Zowel mijn dochter als mijn zoon hadden het gevoel dat ze een kant moesten kiezen. En het was niet de mijne.
Ik denk niet dat ik ooit in mijn leven zoveel verdriet heb gehad als toen: ik had een kleindochter gekregen, en ik mocht haar niet zien
De jaren gingen voorbij zonder dat ik iets van mijn kinderen hoorde. Tot ik op een dag in 2013 via via vernam dat mijn dochter zwanger was. Ik was in de wolken: er was een kleinkind op komst! Dit was hét moment om de brokken te lijmen, vond ik. Dus heb ik een pakket opgestuurd met allemaal babyspulletjes: sokjes, een dekentje, kleertjes, een knuffel. Een bedankje heb ik nooit gekregen. Zelfs geen geboortekaartje toen de baby er eenmaal was.
Dat ik oma was geworden, heb ik pas weken later gehoord via een familielid. Ik denk niet dat ik ooit in mijn leven zoveel verdriet heb gehad als toen: ik had een kleindochter gekregen, en ik mocht haar niet zien. Na de geboorte van de andere kleinkinderen herhaalde zich min of meer hetzelfde scenario. Van mijn zoon kreeg ik wel nog telkens een geboortekaartje en enkele babyfotootjes. Maar ook zijn kinderen heb ik nog nooit in het echt gezien.
Het is onnoemelijk hard dat mijn zoon en dochter de band met mij hebben doorgeknipt. Maar dat ze me ook mijn kleinkinderen afpakken, dat vind ik nog duizend keer erger. Als ik op tv een scène zie met een grootouder en een kleinkind, rollen de tranen vanzelf over mijn wangen. Idem als ik op straat een trotse oma achter een kinderwagen zie lopen.
Zelfs als het contact ooit wordt hersteld, halen we die verloren jaren nooit meer in…
Vriendinnen gaan naar grootouderdagen op school, kopen sinterklaascadeaus of trekken in de zomer met hun kleinkinderen naar zee. Een vriendin van me beschreef het ontroerende moment waarop ze haar kleinkind voor het eerst in haar armen hield, en hoe ze in de baby een stukje van zichzelf terugzag.
Mijn hart bloedt als ik daaraan denk: het is een gevoel dat ik nooit zal kennen. Ik zie mijn kleinkinderen niet opgroeien, leer hun karaktertjes niet kennen, weet niet op wie ze lijken. Zelfs als het contact ooit wordt hersteld, wat ik alleen maar kan hopen, halen we die verloren jaren niet meer in.
Ik heb een droom: dat mijn kleinkinderen zo nieuwsgierig naar me worden dat ze me op een dag gaan zoeken op internet en contact met me opnemen. Wie weet, als ze wat ouder zijn? Af en toe durf ik nog verder te dromen. Dan zie ik me met mijn vijf kleinkinderen gaan kamperen, of samen op weekend gaan in een chalet. En dan hele dagen spelletjes spelen en vrolijk zingend door het bos stappen. Ik zou de gelukkigste oma ter wereld zijn.”
Meer openhartige verhalen:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!