“Als de liefde op is, ga je uit elkaar. Maar als je niet meer verder wilt met je schizofrene man, liggen de kaarten blijkbaar anders”
Toen Marja’s man gediagnosticeerd werd met schizofrenie en een gevaar voor zichzelf en haar gezin werd, besloot ze hem te verlaten. Maar toen ze een jaar later een relatie met een andere man aanging, reageerden verschillende kennissen wel erg negatief. Lees hier haar verhaal.
Marja (44): “Als ik aan Joris denk, de vader van mijn kind, dan is het met weemoed en spijt. Om een relatie die zo mooi is gestart, en toch zo triest is geëindigd. En ook al ben ik intussen alweer jaren gelukkig met een andere man, Joris heeft nog altijd een speciaal plekje in mijn hart. Niet de Joris van op het einde, die ik nog amper herkende en voor wie ik soms bang was, maar de man op wie ik verliefd ben geworden en met wie ik veel mooie jaren heb gekend. Tot zijn ziekte hem steeds meer in de greep kreeg en steeds verder van me wegvoerde. Joris heeft schizofrenie.
We vulden elkaar aan
We waren vanaf het begin heel verschillend: Joris introvert en bedachtzaam, ik open en temperamentvol. Wellicht zijn we om die reden op elkaar gevallen: omdat we elkaar aanvulden. Ik gaf hem energie, hij gaf mij rust. Maar op een gegeven moment begon er iets te veranderen. Joris raakte steeds meer in zichzelf gekeerd en kon urenlang zwijgzaam en lusteloos voor zich uit zitten te staren. Als we bezoek kregen of naar vrienden gingen, zag hij daar huizenhoog tegenop.
Op zijn werk liet hij af en toe steken vallen: hij kon zich slecht concentreren en slaagde er niet meer in om knopen door te hakken. Omdat hij zich zo leeg en somber voelde en nergens meer plezier in had, dachten we eerst aan een depressie. Onze huisarts dacht ook in die richting. Ze schreef ziekteverlof voor en gaf Joris het advies om psychologische hulp te zoeken.
Hij liep als een bezetene door het huis, beukte met zijn vuisten tegen de muur. Ik had Joris nooit zo agressief gezien
Maar er was meer aan de hand, zo bleek al snel. Joris zat soms in zichzelf te praten, mompelend en onsamenhangend. Of hij veerde ineens recht om alle stopcontacten te controleren. Of om de gordijnen dicht te doen, midden op de dag.
Hij had het ook vaak over onze nieuwe buur, en dat hij die man niet vertrouwde. Een gesprek voeren ging steeds stroever, ook omdat Joris nergens meer in geïnteresseerd was. Onze dochter Sien zat toen in het eerste leerjaar en ging voor het eerst met de scouts op bivak. Een spannende tijd voor haar, maar het ging allemaal langs haar vader heen. Hij zat ergens waar we hem niet meer konden bereiken. Ik kreeg nooit meer een kus of een knuffel, en in bed raakte hij me niet meer aan.
Nooit meer de oude
Op een avond zijn bij hem de stoppen doorgeslagen. Hij hoorde stemmen en schreeuwde luid tegen mensen die er niet waren. En tegen mij. Hij liep als een bezetene door het huis, schopte tegen meubels, beukte met zijn vuisten tegen de muur. Ik had Joris nooit zo agressief gezien, maar nu was ik bang voor hem.
Hij werd opgenomen op de afdeling psychiatrie. Daar is de diagnose schizofrenie gesteld en kreeg hij medicijnen voorgeschreven. Ik was opgelucht toen hij na een maand naar huis mocht: nu we wisten wat er mis was, zou het allemaal goedkomen.
Als de liefde op is, ga je uit elkaar. Maar als je niet meer verder wilt met je schizofrene man, liggen de kaarten blijkbaar anders
Maar Joris is nooit meer de oude geworden. Periodes waarin het relatief goed met hem ging, wisselden af met periodes waarin hij weer moest worden opgenomen. Soms was dat omdat hij op eigen houtje met zijn medicijnen was gestopt, ervan overtuigd dat hij niet ziek was. Ik was ongerust, maar ook eenzaam en bang. Soms durfde ik amper het huis binnen te gaan.
De liefdevolle echtgenoot en zorgzame vader had plaatsgemaakt voor een schichtige, paranoïde man die ervan overtuigd was dat de buurman onze dochter wilde ontvoeren, dat er microfoontjes verstopt zaten achter de schilderijen en dat de televisie geheime signalen uitzond die hij alleen kon decoderen. Op een middag kwam ik met Sien thuis en trof Joris aan in een enorme crisis. Hij ging zo vreselijk tekeer dat ik vreesde dat hij ons iets zou aandoen. Of zichzelf.
Een nieuw leven
Ik wist: ik kan niet meer, hier stopt het. Joris werd opgenomen in een psychiatrisch ziekenhuis en is van daaruit in een beschermde woongroep gaan wonen. Ik wilde hem niet meer thuis. Van mijn familie en vriendinnen, die wisten wat zich al jaren bij ons afspeelde, kreeg ik veel steun. Maar sommige kennissen reageerden veel minder begripvol, om nog maar te zwijgen van de familie van Joris. Ze vonden dat ik mijn psychisch zieke man in de steek liet.
Het hek was pas goed van de dam toen ik amper een jaar later een nieuwe relatie kreeg en van Joris wilde scheiden. Er waren mensen die me toen openlijk verweten dat ik Joris misschien wel om die reden had gedumpt: om een nieuw leven te kunnen beginnen. Het was een turbulente periode, waarin ik heen en weer geslingerd werd tussen gevoelens van verliefdheid, verdriet en verwarring. Er zijn zeker momenten geweest waarop ik twijfelde: heb ik wel alles gedaan om Joris te helpen? Was het mijn plicht om voor hem te blijven zorgen?
Dat je huwelijk op de klippen loopt, is vandaag de dag geen schande meer. Als de liefde op is, ga je uit elkaar. Maar als je niet meer verder wil met je psychisch zieke man, omdat je geen gevoelens meer voor hem hebt, liggen de kaarten blijkbaar anders. Ik heb veel van Joris gehouden, maar niet van de man die hij was geworden, ook al kon hij daar zelf niets aan doen. Mijn dochter en ik verdienden een beter leven, dus heb ik mijn nieuwe kans op geluk gegrepen. Met twee handen.”
Meer openhartige verhalen:
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!