Openhartig
“Als ik een baby hoorde krijsen, kreeg ik een paniekaanval. Ik kreeg geen lucht en was doodsbang”
Door Goele Tielens

Sarah had een huilbaby en kreeg daardoor een posttraumatische stressstoornis. Wanneer ze een baby hoorde huilen, kreeg ze een paniekaanval.

Sarah (29): “Ik startte mijn carrière als verpleegkundige bij Kind & Gezin, en wist dus héél goed dat een baby niet alleen voor rozengeur en maneschijn zorgt. Toch had ik zelf een idyllisch beeld van mijn toekomstige gezinnetje: samen met mijn grote liefde Kenny droomde ik van drie kindjes. Alles zou perfect verlopen en we zouden gelukkig zijn.

Toen onze dochter Livia er was, werd mijn bubbel al snel doorprikt. Ik had de impact van een baby compleet onderschat, en ik miste ons oude leven. Dat gevoel werd versterkt door Livia’s huiluurtjes. De kentering kwam er toen ik na elf weken stopte met borstvoeding. Livia huilde beduidend minder, de lucht klaarde weer op.

Huilbaby

Lewis volgde snel. Deze keer zat ik wél op een roze wolk: de borstvoeding kwam goed op gang, Lewis was een rustig kind. Helaas donderde ik daar na veertien dagen af. Lewis huilde die dag zeven uur. Eigenlijk niet huilen, maar hartverscheurend, oorverdovend krijsen. Ik wilde deze keer niet stoppen met borstvoeding en volgde een streng dieet: ik schrapte koemelk en soja en at op den duur zelfs geen tarwe of tomaten meer. Ik was immers overtuigd dat het huilen aan mijn melk moest liggen. Toch bood het geen soelaas.

Na zes weken kwamen we bij de kinderarts. Het was vier uur ’s middags en Lewis had die dag al acht uur gehuild. Zijn handjes en voetjes waren blauw van het krijsen. De dokter sprak toen voor het eerst het woord ‘huilbaby’ uit. Ik had het erg moeilijk met dat label, het klonk zo zwaar. Toch moest ik toegeven dat het leek te kloppen. Lewis huilde uren aan een stuk, en die huilbuien werden door het minste getriggerd.

Lewis huilde uren aan een stuk, en die huilbuien werden door het minste getriggerd

Zo gaf ik hem ooit een knisperspeelgoedje, maar door het geluid was hij urenlang ontroostbaar. Dus werd ik panisch voor speelgoed en wilde ik geen geluiden meer in huis. Zelfs op rustige momenten was ik angstig: ‘oh nee, dadelijk begint het huilen weer’, spookte constant door mijn hoofd. Ik was nog een schim van mezelf. Hulp aanvaarden lukte me niet: ik wilde mijn kind niet afgeven. Ik was ervan overtuigd dat hij zich onveilig zou voelen bij iemand anders.

Ten einde raad ging ik twee keer per week in opname in UKJA (Universitaire kind- en jeugdpsychiatrie Antwerpen). Daar moest ik leren omgaan met het huilen, maar evengoed zoeken naar een manier om het huilen te bedaren. Ik kreeg er psychologische ondersteuning, muziektherapie en ik leerde welk speelgoed Lewis wel fijn vond. Bovendien ontdekte ik dat ik mezelf eerst moest kunnen kalmeren om hem rustig te krijgen.

Ik ontdekte dat ik mezelf eerst moest kunnen kalmeren om hem rustig te krijgen

Na zes maanden had ik het gevoel dat de rust was weergekeerd. Lewis huilde veel minder en was in staat om deels zijn eigen emoties te reguleren, zoals wanneer hij een boertje of windje moest laten. Banale dingen, die de eerste maanden vaak voor uren ellende hadden gezorgd. Maar net nu ik eindelijk kon moederen zoals ik het wilde, moest ik weer aan het werk.

Met lood in mijn schoenen startte ik mijn job als verpleegkundige weer op. Toen ik een baby hoorde krijsen, liep het voor de eerste keer mis. Ik ben naar buiten gerend en ben beginnen te hyperventileren. Dat had ik nog nooit meegemaakt: ik kreeg geen lucht en was doodsbang. Achteraf bleek het een paniekaanval. De eerste van vele…

Posttraumatische stressstoornis

De ‘aanvallen’ bleven nadien terugkomen en werden steeds erger. Na een huisbezoek bij een ziek kindje crashte ik in mijn auto, ik kon niet stoppen met wenen. En toen ik op een dag voor de deur van mijn werk stond, kon ik letterlijk niet naar binnen stappen, ik dúrfde niet. Noodgedwongen bleef ik thuis.

Mijn psycholoog wist al snel wat er aan de hand was: ik had een posttraumatische stressstoornis ontwikkeld. Ik reageerde abnormaal heftig op het gehuil van baby’s. Was er eentje op tv, dan moest het geluid uit, en in de winkel wilde ik zo snel mogelijk naar buiten als ik gekrijs hoorde. De dokter schreef me rust voor, ik was gewoon op.

Hoorde ik een baby huilen, dan moest ik zo snel mogelijk weg

Het duurde tot Lewis één jaar was vooraleer ik weer tot mezelf kwam en ik stilaan kon beginnen te denken om weer aan het werk te gaan. Drie dagen voor de start kruiste echter een vacature mijn pad: een job om les te geven aan studenten Verpleegkunde. Ik ben gesprongen en heb het me nog geen moment beklaagd: ik kan in deze job nog altijd mensen helpen, maar dan zonder triggers.

Lewis is nu twee, Livia drieënhalf en eindelijk kan ik zeggen dat ik echt gelukkig ben. Dit is voorlopig de mooiste periode uit mijn leven sinds de kindjes er zijn. Of dat derde kindje uit mijn droom er komt? Voorlopig niet. Kenny en ik willen eerst even genieten van de rust. Toch sluit ik het niet uit. Want hoewel we door een loodzware periode gingen, ben ik dolgelukkig met mijn kinderen.”

Meer lezen? Mijn liefste huilbaby, door Sarah Cauberghs. Uitgeverij Pelckmans, € 22.

Uit: Libelle 31/2023

Meer lezen:

Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."