Openhartig
“Midden in de nacht reed ik naar het ziekenhuis. Daar zagen ze de holte in mijn long. Ik had tuberculose…”

Marie reist doodgraag en verkent als reisleider de wereld. Ziek worden op reis? Dat hoort er af en toe gewoon bij. Toch was het even schrikken toen ze in Indonesië erg ziek werd. Tuberculose was de diagnose.

Vermoeidheid

Marie (37): “Ik had al wel langer last van vermoeidheid, maar zocht daar niet veel achter. De lange werkuren die ik klopte, verklaarden genoeg voor mij. Toch zijn er later wel belletjes beginnen rinkelen. Ik had er net een trip naar Ierland opzitten en daar was ik op een avond flauwgevallen. Een van mijn reisgenoten moest naar de spoeddienst voor een verzwikte enkel, maar het leek wel alsof m’n lichaam aanvoelde dat ik de reis niet verder zou aankunnen als ik met ‘m mee vertrok ’s nachts. Alsof m’n lichaam toen al zei: stop.

Toch sta je er niet bij stil. Toen ik terug thuiskwam, bereidde ik me voor op een vakantie met een vriendin. We gingen op groepsreis naar Indonesië, door Java en Bali. Nietsvermoedend vertrok ik op reis en vatte ik de tochten met onze groep aan. Tijdens een overnachting aan de rand van de Bromo vulkaan voelde ik dat er iets niet klopte. De lucht was er erg vochtig en het leek alsof er een kou in mijn long kroop die ik er niet meer uitkreeg. Toen is de keelpijn begonnen.

Midden in de nacht reed ik naar een ander ziekenhuis. Daar zagen ze de holte in mijn long

De volgende dag beklom ik vol goede moed de vulkaan met de rest van de groep. Maar in de dagen die volgden, werd de keelpijn erger en erger. Ik kon niet meer slikken of eten. En dan begon de koorts. Normaal maak ik niet snel koorts, dus ik was onmiddellijk op m’n hoede. Dit klopte niet. Verkrampt en doodziek maakte ik mee de oversteek van Java naar Bali. Toch maakte ik nog een fietstocht met de groep mee. Mijn vriendin heeft me later nog onder m’n voeten gegeven, maar ik dacht: ‘verdorie, ik heb ervoor betaald (lacht)’. Maar het ging niet meer. Ik was op en moest naar het ziekenhuis.

Onze laatste stop was in Sanur. Daar zouden we nog twee nachten blijven voor we naar huis vertrokken. Ondertussen had ik al de derde dag koorts. Na controle in het ziekenhuis leek alles op een keelontsteking te wijzen, dus begon ik met een antibioticakuur. ’s Nachts verergerde mijn situatie. Ik kon geen eten of water meer binnenhouden. Midden in de nacht reed ik naar een ander ziekenhuis waar foto’s van mijn longen genomen werden. Daar zagen ze duidelijk een holte in mijn long. De middelste longkwab van mijn rechterlong was voor twintig procent weg.

In isolatie

Ik werd opgenomen in het ziekenhuis en wist nu wel zeker: hier zal ik nog wel even moeten blijven. Toch bleef ik best rustig. Ik had een fijn contact met het personeel daar en wist dat ik in een goed ziekenhuis opgenomen was. Ik probeerde er het beste van te maken. Na een paar dagen in het ziekenhuis bleek het om tuberculose te gaan. Omdat ze nog niet wisten of ik een besmettelijke variant had, werd ik onmiddellijk in isolatie geplaatst. Ik belandde in een kamer zonder raam. Zonder contact, behalve met personeel in pak. Vanaf dat moment kreeg ik het wel echt lastig en dat heb ik wel van me af moeten proberen te zetten.

Aanvankelijk zou ik 14 dagen in isolatie moeten blijven, maar dat werden er uiteindelijk 10. Ik bleek een niet-besmettelijke, gesloten, variant van tuberculose te hebben. Die eerste dagen in isolatie heb ik mezelf kunnen optrekken aan virtueel contact via Facebook. Ondertussen wist ik ook dat m’n ouders richting Bali zouden komen, dus ook daar kon ik naar uitkijken. Maar het was pittig. Ik ben toen zelfs eens geëvacueerd omwille van een aardbeving. Dan zit je daar, in tsunamigevoelig gebied, met je mondmasker ziek te wezen. Het was afzien.

Mijn hele immuunsysteem was naar de vaantjes… Dat hakte er stevig in

Omdat ik een gesloten TBC had, mocht ik het ziekenhuis sneller verlaten. Daarna verbleef ik nog tien dagen in een hotel met m’n ouders om aan te sterken. Ik was ondertussen aan een zware antibioticakuur begonnen, die ik minstens veertien dagen moest nemen voor ik het vliegtuig mocht nemen. Die medicatie nam ik drie maanden lang. Daarna heb ik nog zes maanden een verminderde dosis antibiotica moeten nemen. Ik was zieker van de antiobiotica dan van de tuberculose. Mijn hele immuunsysteem was compleet naar de vaantjes. Dat hakte er stevig in.

Voor alle zekerheid moest iedereen met wie ik in contact kwam de voorbije drie maanden getest worden. Gelukkig testte er niemand positief. Maar sommige vrienden, gelukkig een kleine minderheid, heb ik nu nog steeds niet gehoord. Alsof er iets met mij scheelt. En ik weet niet hoe lang ik al rondliep met TBC, het kon al jaren in mijn systeem zitten. Liep ik het in het buitenland op of in België? Maar één ding is zeker: voor veel mensen is tuberculose nog altijd een ‘vuile ziekte’.

Voor veel mensen is tuberculose een ‘vuile ziekte’. Van sommige vrienden heb ik nooit meer iets gehoord. alsof er nog altijd iets met mij scheelt

Er bestaan nog veel vooroordelen over tuberculose. Veel mensen denken dat tuberculose nog amper voorkomt, maar dat is echt niet zo. Vooral in ontwikkelingslanden sterven mensen er nog aan, omdat de medicatie daar onbetaalbaar is. Maar ook bij ons zijn er echt wel nog mensen drager van de ziekte zonder het te weten. Als je drager bent van TBC, is de kans dat je ook effectief de ziekte krijgt maar tien procent.

Ondertussen ben ik genezen. Het gat in mijn long is terug dichtgegroeid dankzij de medicatie en ik heb ook mijn volledige longcapaciteit terug. Het enige wat ik nu nog wat voel is vermoeidheid, maar ook dat komt wel weer goed. Gek genoeg heb ik het nu zelfs een beetje moeilijker met de quarantaine door het coronavirus. Niet weten wanneer je je ouders of vrienden terug zal zien en het besef dat het nog veel langer kan duren. Daar heb ik het precies toch lastiger mee dan mijn avontuur in Bali (lacht).”

Meer verhalen lezen?

“Mijn bazin hoopt mij het leven zodanig zuur te maken dat ik uit mezelf vertrek. Maar dat is geen optie”
Mijn verhaal: Daniëlle (53) wordt buitengepest door haar nieuwe bazin
“Na de scheiding werd ik overvallen door paniek toen ik zag hoe slecht ik er financieel voor stond. Ik had amper pensioen opgebouwd”
Mijn verhaal: Christine (59) moest na haar scheiding opnieuw gaan werken om een minimumpensioen bijeen te sparen
“Door mijn stiefdochter te adopteren, wilde ik haar laten zien dat ik geen onderscheid maak tussen haar en mijn eigen kinderen”
Openhartig: Femke adopteerde haar 21-jarige stiefdochter

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."