Mijn verhaal
“Naar Kreta verhuizen, dat klonk wel erg exotisch voor mij. Ik was opgegroeid onder de kerktoren en ging nooit op reis”
Door Hanne Bral

Het was vooral een droom van haar man, om in Kreta te gaan wonen na hun pensioen. Toch waagde Chris de sprong, en verhuisde ze op haar zestigste naar Kreta, samen met haar man. Daar werden ze heel gelukkig op het Griekse eiland.

De grote droom

Chris (68): “Ik was vier jaar gescheiden toen ik Luc ontmoette. Hij was een avontuurlijke man, van het type ‘waar ik mijn hoofdkussen leg, ben ik thuis’. Het was altijd zijn grote droom geweest om samen met zijn vrouw naar Kreta te verhuizen, zodra ze zestig werden. Een droom die in zijn hoofd altijd bleef bestaan, ook al was zijn vrouw ondertussen overleden. Maar naar Kreta verhuizen, dat klonk wel erg exotisch voor mij. Ik was opgegroeid onder de kerktoren en ging nooit op reis. Toch prikkelde Lucs droom mij. Ik wist dat ik op pensioen kon gaan als ik zestig werd, dat mocht toen als je 42 jaar had gewerkt. En zo gebeurde.

Ik was opgegroeid onder de kerktoren en ging nooit op reis. Naar Kreta verhuizen, klonk dus wel érg exotisch


Op Halloween trouwde ik met Luc, in mei verhuisden we samen naar Kreta. Alles ging heel vlug. We gingen eerst een weekje op verkenning, en daarna verkochten we ons huis in België. Ik wist dat ik niet te veel mocht nadenken en gewoon moest springen. Op onze leeftijd moet je geen twintig jaar wachten, want dan is het misschien te laat. Pas op, dat eerste jaar op Kreta was niet makkelijk. Ik liet mijn zoon achter, die toen nog maar 23 was. Hij reageerde stil en verbouwereerd toen we hem vertelden over Kreta, maar achteraf was hij me heel dankbaar. Die vrijheid en zelfstandigheid, hij had dat toen nodig, maar ik miste hem elke dag, en had veel heimwee. Ik sprak geen Grieks en we kenden maar één iemand op het hele eiland. De winter was ook veel kouder dan we hadden verwacht.

Toch vonden we langzaamaan ons plekje. Ik wilde mensen leren kennen, dus ging ik op zoek. We woonden in een huisje op de berg, net buiten het dorp. Zo’n dorp dat één bakker, beenhouwer, supermarkt en restaurant heeft. Ik wandelde naar beneden en vertelde de dorpelingen enthousiast waar we woonden. In het begin reageerden ze nogal koel, ze dachten dat we toeristen waren. Ook zij hadden tijd nodig om aan ons te wennen, maar daarna namen ze ons met alle warmte op in hun gemeenschap.

Rijke dagen

Onze dagen op het eiland waren rijkelijk gevuld. We werden lid van een plaatselijke internationale groep, waar we mensen van alle nationaliteiten leerden kennen. We gingen samen op stap, organiseerden spelletjesavonden. En ik volgde Griekse dansles. In de zomer trokken we eropuit met onze boot, nog zo’n grote droom van Luc. ’s Winters verzorgde ik straathonden, die een tijdelijk verblijf nodig hadden voor ze naar hun nieuwe thuis gingen. Ik was ook vaak te vinden in onze moestuin, want ik doe niets liever dan wroeten in de aarde. Als ik tomaten op overschot had, bracht ik ze langs bij de buren. Ik kreeg steevast iets in ruil, ook al verwachtte ik dat niet.

Ik was zo gelukkig op Kreta, ik had het gevoel dat ik er wel honderd jaar kon worden. Kretenzers zijn heel warm, ze verzorgen elkaar goed. Ook al weten ze niet dat je langskomt, ze toveren altijd iets op tafel. Zoiets bestaat gewoonweg niet in België. En de feestjes! Die waren nooit heel groot of chic, maar eens zo gezellig. We kookten samen, dronken raki, zongen Griekse liedjes en dansten. En ik was natuurlijk fier dat ik mee kon dansen!

Ik was zo gelukkig op Kreta, ik had het gevoel dat ik er honderd jaar kon worden


Zes jaar lang genoten we van Kreta. En toen voelden we dan toch dat het tijd was om het huis te verkopen. Luc is nierpatiënt en de gezondheidszorg op Kreta is niet optimaal. In het ziekenhuis is er geen verzorging, de familie hoort in te springen. Dat ging bij ons natuurlijk niet. Het was met veel pijn in het hart, maar we wisten dat het het beste was om onze oude dag terug in België door te brengen. Het afscheid was helaas bitterzoet. Van buren hadden we gehoord dat ze er vijf jaar over deden om hun huis te verkopen. We dachten dus aan een langzaam vertrek: nog enkele jaren genieten op Kreta en terugkeren tegen dat we zeventig zouden zijn.

Maar bij ons ging het razendsnel. In vier dagen tijd was het huis verkocht! Zelfs voor een afscheidsfeest was geen tijd meer. Mijn hart brak. Intussen wonen we alweer twee jaar in België en hebben we ook hier onze draai weer gevonden. Luc zijn gezondheid is stabiel en wordt hier goed opgevolgd. We zien onze kinderen en kleinkinderen veel vaker. Ik kijk alleen maar met dankbaarheid terug naar Kreta. We hebben zes prachtige jaren gehad daar, en dat pakt niemand ons nog af. We maakten vrienden voor het leven, ons hoofd zit vol mooie herinneringen. En wie had ooit gedacht dat ik, die opgroeide onder de kerktoren, op mijn zestigste nog zou leren zeilen?

Luc is nierpatiënt en helaas moesten we voor zijn gezondheid terug naar België. Maar we hebben er zes prachtige jaren gehad

Natuurlijk mis ik het soms, maar hier staan ons nieuwe avonturen te wachten. We wonen in een klein dorp, niet zo ver van de zee. Ik heb weer een moestuin en Luc een nieuwe boot. Alles wat we op Kreta hadden, hebben we nu in een miniversie. En dat is meer dan genoeg.”

Meer openhartige verhalen?

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."