bijna-doodervaring
© Getty Images

3 lezeressen getuigen over hun bijna-doodervaring: “Het heeft me een soort rust gebracht. Er komt nog een stuk hierna, dat weet ik zeker”

Door Els De Ridder

Wanneer je door het oog van de naald kruipt, je hart stopt met kloppen, dan zie en ervaar je iets wat nog niemand anders meemaakte. En na zo’n bijna-doodervaring is je leven nooit meer hetzelfde.

Bijna dood… Hoe verandert dat de rest van je leven?

Door complicaties na een operatie hing het leven van Brigitte aan een zijden draadje

Brigitte (57): “Het was onze kersverse puppy die maar bleef proberen om me wakker te krijgen, en me uiteindelijk uit een diepe slaap haalde. Ik was enkele dagen ervoor geopereerd: een drastische ingreep, maar niet uitzonderlijk. Ik lag in het ziekenhuisbed dat we beneden in huis hadden laten installeren. Ik voelde me heel moe en had veel pijn, maar was dus toch in slaap gesukkeld. Ik gleed weg tot mijn hond op mijn bed sprong, en zo mijn leven bleek gered te hebben. Ik viel namelijk meteen daarna enkele keren flauw, en besefte dat ik niet oké was. Ik had ook het gevoel dat al mijn bloed wegliep. Ik voelde mijn vingers leeglopen, ik kan het niet anders omschrijven. En dat bleek effectief het geval: ik had een ernstige inwendige bloeding, stelde de arts wat later vast en ik werd in allerijl met de ambulance naar het ziekenhuis gebracht. Daar kreeg ik eerst vocht, daarna bloed en plasma en werd ik opnieuw geopereerd. Het was alles of niets. Ik lag op de operatietafel, en toen gebeurde het. Ik herinner me heel duidelijk een warm gevoel, en werd omringd door licht. Helemaal anders dan die typische donkere tunnel met licht aan het einde, maar veeleer een bad van licht en liefde. Het licht kwam van alle mensen voor wie ik goed was geweest. Hoe dichter het licht kwam, hoe meer mensen ik herkende en hoe groter het gevoel van liefde. Het was uiteindelijk mijn oom, die overleed toen ik acht was, die me terugstuurde. Ik hoorde hem zeggen dat ik nog dingen te doen had, dat ik nog een taak had hier beneden. Ik heb inderdaad een zoon met autisme die me nodig heeft, maar ik werd teruggestuurd voor nog ándere dingen. Goed doen voor anderen. Later zou ik van de arts horen dat mijn leven tijdens die operatie echt in gevaar is geweest, dat ze me echt bijna kwijt waren.

“Ik herinner me een bad van liefde en licht. En ik zag mijn oom, die vijftig jaar geleden stierf, en me terugstuurde”

Die bijna-doodervaring was erg intens, net omdat ze heel precies en zeer overweldigend was. Dit was niet zomaar een droom. Ik ben normaal gezien vrij kritisch, zeker wat zulke ervaringen betreft. Maar ik ondervond het aan den lijve, en de impact was enorm. Natuurlijk heb ik het voor mezelf proberen te verklaren: het licht, kwam dat van boven de operatietafel? En de warmte, misschien door het toedienen van bloed? Maar het was zo veel meer dan dat. Ik zag mensen van wie ik niet wist dat ze overleden waren. Mijn psycholoog die ik een tijdlang opzocht na een moeilijke jeugd, had ik in jaren niet meer gezien. Hij stond mee in de rij. Het is iets wat ik nadat ik voldoende hersteld was op internet heb opgezocht, en jawel: die man was tot mijn grote verbazing overleden. Het bevestigde alleen maar mijn gevoel. Dit was echt, met zo veel detail, en erg persoonlijk. Ik had tijd nodig om die bijna-doodervaring te verwerken, en ze zou me voorgoed veranderen. Ik voelde me gek genoeg ook wel vereerd dat ik me dat mocht herinneren, dat ik een tipje van de sluier kreeg opgelicht. Waarom is dit precies mij overkomen? Dat maakte het erg betekenisvol. Ik bazuinde mijn verhaal niet rond, maar vertelde het wel aan kennissen die terminaal waren: ‘Geloof het of niet, maar er is nog iets hierna. Iemand die sterft, gaat naar een betere plek’, vertelde ik hen. In de hoop hen wat gerust te stellen, hen troost te bieden.”

Milder, maar ook strenger

Ik vertel mijn ervaring niet tegen iedereen. Daarvoor is ze te persoonlijk, te uniek. Het is iets wat honderd procent van mezelf is, en dat wil ik grotendeels zo houden. Ik kreeg ook een paar ‘herinneringen’ mee van dingen die ik niet kon weten, maar waarmee ik wel mezelf en nog enkele familieleden heb kunnen verbazen. Het maakte mijn ervaring alleen maar waarachtiger. Ik geloof nog steeds niet in God, maar wel in iets hierna.

“Het heeft me een soort rust gebracht. Er komt nog een stuk hierna, dat weet ik zeker. En het zal fijner voelen dan dit aardse leven”

Mijn bijna-doodervaring heeft me in alle geval een soort rust gebracht. De dood is niet erg voor de overledene, wel voor zijn of haar omgeving. En er komt nog een stuk hierna, dat weet ik, dat fijner zal voelen dan dit aardse leven. In dit ‘deel’ is het belangrijk om lief te zijn voor anderen, om goed te doen, niet per se grootse dingen: al het goede dat je doet, heeft waarde. Het is ook belangrijk om voor jezelf te zorgen. Ik stond altijd al zo in het leven, maar ben nu nog meer overtuigd. Ik ben milder geworden, maar ook strenger tegelijkertijd. Ik zie de dingen, het leven, sindsdien duidelijker, en dat vind ik, ondanks de heftigheid die eraan voorafging, een echt geschenk!”

Eline kroop door het oog van de naald, na de bevalling van haar dochter

Eline (37): “Toen die nacht spontaan mijn water brak, had ik een stralende zwangerschap achter de rug en keken mijn man en ik uit naar wat de mooiste dag van ons leven zou moeten worden. Voor het eerst mama en papa, van een meisje dan nog. Maar de bevalling zelf begon erg moeizaam: ons kindje wilde niet zakken, omdat mijn bekken te smal was. Uren later was ze er nog niet. Ik werd ingeleid en de verlostang werd erbij gehaald om onze baby eruit te krijgen. Maar ook dat hielp niet, erger zelfs: er werd een slagader geraakt, zonder dat de gynaecoloog zich daarvan bewust was. Een spoedkeizersnede drong zich op, omdat ons meisje vastzat in het geboortekanaal. In het verloskwartier heerste paniek. Mijn man werd bruusk weggestuurd, bij de artsen was het alle hens aan dek. Ik hoorde de arts nog roepen: ‘We moeten haar bloedgroep weten’, voor de verdoving me liet wegzakken. Marlies kwam ter wereld, ik heb haar even mogen zien, waarna ze naar de neonatologie ging. Na de recovery werd ik naar mijn kamer gebracht. Ik keek naar de doopsuiker, besefte dat mijn man en ik net papa en mama waren geworden, maar dat dat een traumatische ervaring was geweest.

“Ik hoorde mijn man roepen: ‘Eline, blijf bij ons’, maar ik gleed weg, wilde alleen maar eeuwig slapen, en dat was goed”

En ik had pijn, helse pijnen in mijn buik. Ik voelde me slechter en slechter, tot ik eindelijk mijn familie zag: mijn ouders, schoonouders, mijn zus, broer en mijn man… wat had ik hem gemist op een moment dat het mooiste moest zijn van ons leven. Ik hoorde mijn moeder zeggen dat we een mooi dochtertje hadden, en dat ik me allicht nog onwel voelde door de verdoving. Ondertussen voelde ik me compleet misselijk door de druk in mijn buik. Tot er plots iets knapte en het bloed over mijn lakens stroomde. Bloed dat maar bleef komen, ik zou vier liter verliezen. Daar, in die kamer van dat West-Vlaamse ziekenhuis, was ik aan het doodbloeden, en mijn familie kon niets doen. Er werd geroepen en getierd: ‘Eline, blijf bij ons!’. Ik hoorde van alles, maar kon niet reageren en voelde me wegzakken. Ik excuseerde me bij het medisch team voor mijn bebloede kleding, en ook omdat ik naar zweet rook door de angst. Tegen mijn man werd gezegd dat men alles zou doen wat mogelijk was, maar dat ze geen idee hadden of het goed zou aflopen. Ik kreeg een shot adrenaline dat me weer bij bewustzijn bracht, maar mijn leven was nog niet gered. Ik zag mijn man roepen, maar hoorde hem niet, en toen kwam het moment: een warm en vredig gevoel. Ik keek naar hem en lachte. Ik kalmeerde hem, en zei dat ik er zeker van was dat hij goed zou zorgen voor Marlies. Ik zei hem dat ik moe was, heel moe. Iedereen was liefdevol naar me aan het lachen, ik voelde de warmte van zonnestralen. Ik zou voor eeuwig kunnen slapen, en dat was alles wat ik wilde. Ik gleed weg, werd weggezogen. En het was oké. ‘Doe maar, Eline, laat je maar gaan.’ Later zou blijken dat mijn hart toen even is gestopt met kloppen. Er volgde een reanimatie die lukte, en me weer tot leven riep. Ik ontwaakte als slachtoffer van een medische blunder, met een groot trauma, en zonder moedergevoel.”

Meer lef en stukken sterker

In dat ziekenhuis ging het geklungel verder: mijn keizersnede werd vier keer weer opengehaald en gehecht, ik kreeg in totaal vierentwintig zakken bloed. De gynaecoloog nam geen verantwoordelijkheid en kon geen oorzaak vinden voor de bloedingen. Uiteindelijk belandde ik in een universitair ziekenhuis waar de prof snel de juiste diagnose stelde: een ruptuur van de slagader tijdens het gebruik van de verlostang. Na een operatie herstelde ik daarna relatief snel.

“Bang voor de dood ben ik niet meer. Voor iemand die graag de controle houdt, is dat een hele verandering”

Los van het trauma herinner ik me mijn bijna-doodervaring levendig. Die grote glimlach op ieders gezicht, ik die boven mezelf zweefde, de zon die op me scheen. Het veranderde mijn idee over de dood voorgoed. Ik ben er niet meer bang voor. Voor iemand die graag de controle houdt over alles, is dat een grote verandering. Maar ik maakte het echt mee: het gevoel uit mijn lichaam te treden. Voor mij is het duidelijk: er is leven na de dood. Ik ben nergens zo overtuigd van. Het veranderde me ook als mens: ik ben directer, minder beschaamd, toon meer lef. Zeker als het over mijn dochter gaat, die een hechtings- en ontwikkelingsstoornis overhield aan haar geboorte. Mijn man en ik zijn gescheiden door de situatie en ik kan geen tweede kind meer krijgen wegens een te hoog risico, dat blijft een groot gemis en een groot verdriet. Maar die bijna-doodervaring geeft me kracht. Mij krijgen ze niet klein. Integendeel: ik voel me sterker dan ooit.”

Veerle (66) werd zwaar ziek en moest twee operaties ondergaan. Bij de laatste leverde ze een gevecht op leven en dood

Veerle (66): “Baarmoederkanker. Ik was drieënvijftig toen ik de diagnose kreeg. Het is niet de minste kanker, en ik zou twee zware ingrepen moeten ondergaan op korte tijd. Eerst werden mijn eierstokken verwijderd – dat ging goed – en al drie weken later zou mijn baarmoeder eruit gehaald worden. Een ingrijpende operatie, die bijna fout afliep. Na de ingreep lag ik op intensieve zorgen. Ik had nog nooit in mijn leven zoveel pijn, het was ondraaglijk. Ik zag naast me de vage contouren van de artsen en mijn echtgenoot. Mijn gevoel was dan weer wél scherp: mijn leven was in gevaar, dat besefte ik. En toen gebeurde het, iets waarover ik totaal geen controle had: ik voelde me wegglijden, de pijn trok weg en ik voelde me heerlijk ontspannen. Ik herinner me nog heel precies en erg duidelijk elk detail: er kwam een vrouw naar me toe, met gevouwen handen, een kap op het hoofd en een bruin kleed. Ze leek op een heilige. Ze prevelde een gebed, droeg een kleine bloemenkrans bij zich en ze keek me recht in de ogen. Ze lachte naar me, en ik lachte terug. Ik zag geen zwart gat, geen tunnel, ik zag geen bekenden. Er was wel veel licht, en het voelde aangenaam warm. Ik voelde me verlost van alle zorgen, en zag mezelf zweven. Ik besefte dat die vrouw me kwam halen, dat ze me zou meenemen naar een andere wereld, tot ze me terugduwde. De dokters zouden me later zeggen dat het een tijdje heel slecht met me ging, dat ik maar een heel kleine kans had om te overleven. Mijn echtgenoot was bij me om afscheid te nemen, toen ik plots weer bij bewustzijn kwam. Allicht op dat ‘terugduwmoment’. Het gevecht was nog niet helemaal gestreden, maar ik was wel weer onder de levenden. Alleen niet meer als dezelfde vrouw. Deze bijna-doodervaring heeft mij en mijn kijk op het leven voorgoed veranderd, net omdat ik sindsdien niet meer bang ben om dood te gaan.

“Er kwam een vrouw naar me toe, met gevouwen handen, een kap en een bruin kleed. Ze prevelde een gebed en keek me recht in de ogen”

Ik maakte dat moment – tussen leven en dood – op een erg intense, duidelijke en ‘bewuste’ manier mee. En er was niets om bang voor te zijn, sterker: het voelde als een soort zalige rust. Bovendien kreeg ik sterk het gevoel dat er nog een andere wereld bestaat, eentje die na dit leven komt. Daar was en ben ik nog steeds heel erg van overtuigd. Wat die ervaring me ook leerde, is het bestaan van een lot. Mijn tijd was nog niet daar om te gaan, dus werd ik ‘teruggeduwd’. Dat was voorbestemd, zeker weten. Ik vertelde over mijn ervaring enkel tegen mijn man, want anderen zouden me algauw zweverig vinden, terwijl ik dat niet ben. Ik zei hem dat hij niet meer bang hoefde te zijn voor de dood, omdat ik geloof dat het hierna nog niet gedaan is. Het was zo’n overtuigende, overweldigende ervaring, dat ik daar nooit aan heb getwijfeld. Ik heb me niet verdiept in andere bijna-doodervaringen. Ieder ervaart het anders, en ik vond die van mij erg puur, zo persoonlijk. Wel zocht ik op welke heilige toen bij me was: ik kwam uit bij de heilige Rita of de heilige Theresia van Lisieux – namen die ik voordien nooit had gehoord. Verrassend genoeg vertelde mijn man achteraf, dat hij tijdens mijn doodsstrijd een kaarsje was gaan branden in het kerkje naast het ziekenhuis, waar ze – jawel – de heilige Rita vereerden, die aanroepen wordt bij onmogelijke situaties.”

Vrijer en veel zachter

“In maart kreeg mijn man een fatale hartstilstand. Ik was bij hem toen het gebeurde. Ik hield zijn hand vast, voelde me sterk en was niet bang”

Sinds die bijna-doodervaring leef ik mijn leven vrijer, zonder angst. Ik ben voorzichtig, maar laat me minder belemmeren door iets wat me zou kunnen afschrikken. Ik reis bijvoorbeeld vandaag zonder vrees naar de andere kant van het land. Dat was vroeger wel anders. Verder ben ik milder geworden, zachter. Vóór ik de dood in de ogen keek, kon ik nogal hard van leer trekken, scherp uit de hoek komen, discussies aangaan. Nu laat ik dat makkelijker los, relativeer de dingen en kan me niet meer druk maken in kleinigheden. Het is een fijnere manier van leven. Het hielp me ook om de dood van mijn man te verwerken. In maart van dit jaar kreeg hij een fatale hartstilstand. Heel onverwachts. Ik was bij hem toen het gebeurde, hield zijn hand vast, voelde me sterk en was niet bang. Gesterkt door wat mijn bijna-doodervaring me leerde, wist ik zeker dat we elkaar vroeg of laat zouden terug zien. Ik mis hem ontzettend, ik heb heel verdrietige dagen, maar mijn overtuiging dat er hierna nog een wereld en een leven samen is, troost me. Het leerde me om elke dag te nemen zoals hij komt.”

Neuroloog prof. Steven Laureys doet onderzoek naar bijna-doodervaringen

“Er zijn ook mensen met een negatieve ervaring, die bijvoorbeeld de hel zagen tijdens een mislukte zelfmoordpoging. Ook bij hen is de impact groot”

Los van het fascinerende aspect, moet zo’n bijna-doodervaring (bde) erg complex zijn.

Het onderzoek naar bijna-doodervaringen is lang onvoldoende au sérieux genomen door de wetenschappelijke wereld. Het is wetenschappelijk nochtans erg fascinerend én uitdagend: het brein dat bijvoorbeeld door een hartstilstand niet meer normaal functioneert en toch zulke intense en gedetailleerde ervaringen genereert. Met het Luikse Centre du Cerveau doen we onderzoek naar de verschillende facetten van een bijna-doodervaring. Er zitten verhalen van duizenden mensen die een bde hebben gehad in onze database, mensen die intensive care hebben overleefd en naar wie we heel aandachtig hebben geluisterd en wier beleving we tot in het detail probeerden te analyseren. De herinnering is niet altijd recent en dus niet meer concreet, en dat maakt het onderzoek complex. Hersenscans gaven ons al belangrijke inzichten: heeft iemand een out-of-body experience, dan speelt zich dat af op een plek rechts, in het midden van het brein. Ziet iemand zijn leven voorbijflitsen, dan situeert zich dat in de temporaalkwab, en zag je andere personen tijdens de bijna-doodervaring, dan gebeurt dat aan de linkerkant van je brein. Zo kunnen we ook het gebied in je brein bepalen waar het tunnelzicht zich voordoet… Het is heel moeilijk om iets als de dood, waar je niet uit terugkomt, wetenschappelijk te gaan verklaren, maar het is niet onmogelijk. Het is geen zwart-witverhaal, maar een onderzoek dat veel nuance en ernst vraagt. We benaderen dat ook psychologisch, en maken gebruik van hypnose en psychedelische middelen…”

Beleeft iedereen die kritiek is een bijna-doodervaring?

Dat weten we nog niet exact, daarvoor is meer onderzoek nodig. Op basis van de research die al werd gedaan weten we dat zo’n één op de tien mensen na een hartstilstand die ze overleefd hebben een bijna-doodervaring meemaakte. Maar ook daar is er niet altijd de herinnering, en dus schommelt dat cijfer. Bijna-doodervaringen, of althans de voorstelling ervan (zoals het licht, de warmte…) kunnen zich ook voordoen op andere momenten, zoals tijdens de slaap, tijdens een orgasme, tijdens een meditatie… We onderzoeken ook culturele verschillen met de Mind Care Foundation, een grootschalig internationaal onderzoek. In België komen er heiligen voor in een bde, maar in India is dat misschien een hindoe-god. En we bekijken de omstandigheden waarin de bde plaatsvond: net voor, tijdens of na het ongeluk, bij koorts, of door het nemen van medicatie…?

Mensen ervaren een bde als een sterk spiritueel iets. Doen jullie ook onderzoek naar de impact ervan op het leven na de bde?

“Mensen die een positieve bijna-doodervaring hebben gehad, gaan hun leven vaak meer betekenis geven, en zien de impact ervan als iets overwegend goeds. Vrijzinnigen worden gelovig, maar evengoed getuigen gelovigen dat ze tijdens hun bde niet per se God hebben gezien. Het is erg persoonlijk. Er zijn zeker ook mensen met een negatieve bijna-doodervaring, die bijvoorbeeld tijdens een mislukte zelfmoordpoging de hel zagen. Ook bij hen is de impact erg groot. Door al die bijna-doodervaringen te onderzoeken en proberen te begrijpen, kunnen we al die mensen ook helpen bij de verwerking ervan.”

Uit: Libelle 47/2020 – Tekst: Els De Ridder

Meer pakkende getuigenissen:

Volg ons op FacebookInstagramPinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."