Dossier: Hoeveel ‘kost’ een kind je?

Een kind kost een huis, zegt de volksmond. Maar klopt dat ook? En wat brengt een kind je – naast veel schone momenten – eigenlijk op?

Dit kost je kind je?

• In november 2016 becijferde de Gezinsbond de gemiddelde maandelijkse minimumkosten van een kind.
• Die minimumkost is het bedrag dat je eigenlijk éxtra zou moeten verdienen als je dezelfde levensstandaard zou willen behouden als een kinderloos koppel met hetzelfde inkomen.
• Uitgaven die daar nog bovenop komen zoals kinderopvang, onderwijs en medische kosten, zijn hierin niet meegeteld.
• Eén ding is duidelijk: hoe ouder je kinderen, hoe meer je aan hen uitgeeft:

1. 0 t/m 5 jaar: € 322,12
2. 6 t/m 11 jaar: € 416,32
3. 12 t/m 17 jaar: € 510,52
4. 18 t/m 24 jaar: € 612,54

“Hoe ouder je kinderen, hoe meer je aan hen uitgeeft”

 

Ons onderwijs gratis?

De grondwet bepaalt dat de toegang tot het onderwijs gratis is tot het einde van de leerplicht. Je kind inschrijven in een school van het kleuter-, lager en secundair onderwijs, is dus gratis.

Alleen krijg je toch al met schoolkosten te maken vanaf het moment dat je peuter zijn eerste stapjes in zijn schoolcarrière zet. Voor kosten zoals turngerief, boekentassen, rekenmachine, drinkbeker, uitstappen en fluohesjes (die sommige verstrooide kids tien keer per schooljaar kwijtraken), moet je nog extra in de buidel tasten, boven op die minimumbedragen.

• Reken op zo’n € 243 per jaar voor een kind in de laatste kleuterklas,
• ongeveer € 373 voor een kind in het eerste leerjaar
• tot € 523 voor je kind in het laatste jaar op de lagere school.
• Zit je kind op het middelbaar, dan variëren de kosten van € 800 tot € 1200 per jaar.
• Gaat je kind verder studeren en is het thuiswonend, reken dan op extra kosten – afhankelijk van de opleiding – tussen de € 1870 en € 2600.
• Zit je kind op kot dan hou je rekening met bedragen tussen de € 3850 en € 4270 euro op jaarbasis. Als je kind nog geen bijbaantje had, dan is het daar nú het moment voor…

“Naar school gaan kost wel degelijk geld. Reken op zo’n € 243 per jaar voor een kind in de laatste kleuterklas”

Een huis of een Ferrari?

Er wordt nogal eens beweerd dat elk kind je een huis zou kosten. Niet helemaal onterecht, want de Gezinsbond becijferde dat een kind voor een gezin met een gemiddeld inkomen € 205.979,05 kost voordat het echt op eigen benen staat en geld verdient. Een bedrag waar je toch zeker een leuke beginnerswoning of -appartement van kan kopen. Óf een Ferrari.

De extra kosten per maand

De kosten voor je kinderen bestaan uit meer dan de minimumkosten die de Gezinsbond al berekende.

Het Nederlandse Bureau voor Budgetvoorlichting (NIBUD) maakte een berekening van álle kosten waarmee je bij één kind te maken krijgt, per maand. Want ja, een kind betekent dat je vaker een wasmachine moet insteken, dat je een groter huis nodig hebt, je winkelkar voller zit etc.

• Woonruimte: neem voor je huurwoning je huur als uitgangspunt, zonder de andere vaste lasten. Eigenaar? Ga naar www.woninghuurprijzen.be en bereken daar de maximum huurprijs. Deel die door twee en deel die uitkomst vervolgens door het totaal aantal kamers. Dit bedrag staat voor de maandelijkse prijs van een kamer, dus ook die voor je kind.
• Gas, elektriciteit en water: tel de rekeningen van deze drie kostenposten voor één maand samen en deel het totaalbedrag door tien. Dan kom je ongeveer op het bedrag dat één kind je extra kost omdat je bijvoorbeeld vaker warm water nodig hebt, meer kleren wast, vaker de televisie aan hebt staan…
• Telefoon, televisie en internet: ga uit van ongeveer één derde van je maandelijkse factuur. Zeker naarmate je kinderen ouder worden, stijgen je telefoonkosten en breid je nogal eens je internetpakket uit.
• Voeding: in totaal geeft een gezin per maand gemiddeld € 450 uit aan voeding. Reken op ongeveer € 3,50 per kind (tot acht jaar) per dag. Hoe ouder je kinderen worden, hoe meer ze verbruiken.
• Vervoer: aanschaf en onderhoud van een fiets kost zeker € 5 per maand. Breng je je kind met de auto, dan reken op gemiddeld € 0,38 per kilometer. Vergeet kosten van trein, tram of bus niet mee te tellen.
• Sport, vrije tijd en hobby’s: denk aan lidgeld, maar ook aan speciale kleding, muziekinstrumenten, laptops, sportmateriaal, speelgoed….
• Kleding en schoenen: minimaal besteed je € 35 per maand als je kindje nog echt klein is en daar mag je € 10 bijtellen vanaf het moment dat je kind naar de lagere school gaat. Hier geldt ook: hoe beter je verdient, hoe meer je aan kleding en schoenen uitgeeft voor je kind.
• Inrichting: van het bed en het linnengoed tot het behang en het bureau dat je voor je kind koopt. Richtlijn hier is € 10 per maand.
• Persoonlijke verzorging: denk aan shampoo, haargel, tandpasta, deo en bijvoorbeeld maandverband. Gemiddeld kost je dit € 11 per maand.
• Kinderopvang: om je gemiddelde maandkosten te berekenen tel je alle facturen van een jaar bij elkaar op en deel je het bedrag door twaalf.
• Vakantie en uitstapjes: deel de totale vakantiekosten door het aantal leden van je gezin en deel de uitkomst door twaalf.
• Zakgeld: uit onderzoek van de Gezinsbond blijkt dat we best royaal zijn als het op zakgeld aankomt. Op de lagere school blijft het zakgeld meestal beperkt tot enkele euro’s. Vanaf 12 jaar krijgen onze kinderen gemiddeld € 50 per maand. En dit bedrag stijgt om de twee jaar met ongeveer 20 à 24 procent. Is je kind achttien plus, dan krijgt het gemiddeld € 207 per maand. Hoe hoog het zakgeld is, is vooral afhankelijk van wat je kind er allemaal van moet betalen.
• Babysit: de Gezinsbond die zelf een kinderoppasdienst in haar aanbod heeft (zie www.gezinsbond.be), hanteert € 4 voor elk uur, € 20 voor een overnachting (inclusief ontbijt) en rekent een minimumvergoeding van € 8 aan. Bovendien telt een begonnen uur als heel uur. Huur je een babysit in die niet via de Gezinsbond werkt (en dan dus ook niet is verzekerd), dan zijn dit in ieder geval minimumtarieven die je je oppas betaalt. Al kan de oppas natuurlijk ook meer vragen. En jij meer geven.
• Schoolkosten: En oh ja, vergeet de eerder genoemde schoolkosten niet! Die variëren maandelijks van € 20,25 voor een kleuter, tot € 355 voor een kotstudent.

En dit brengt een kind je op

Gelukkig hoef je niet álles zelf te betalen. Met bepaalde bijslagen, premies en belastingvermindering, kun je de kosten behoorlijk drukken. En daarvan misschien weer iets leuks voor de kinderen kopen…

Lang leve de belastingen

Natuurlijk, we vloeken allemaal als de belastingbrief in de bus valt, maar met kinderen heb je wel recht op belastingvermindering.

• Voor officieel erkende kinderopvang bijvoorbeeld, mag je in België per dag maximaal € 11,20 aan kosten per dag per kind aftrekken.
• Ook onkosten voor activiteiten van erkende of gesubsidieerde jeugdwerkverenigingen of sportorganisaties komen in aanmerking voor belastingvermindering. Denk aan kosten voor deelname aan een kamp, speelpleinwerking, aan een atelier…
• Bovendien wordt de belastingvrije som verhoogd voor elk kind dat je ten laste hebt. Voor één kind gaat het om € 1510, voor twee kinderen om € 3880, voor drie kinderen om € 8700 en voor vier kinderen € 14.060 (voor het inkomstenjaar 2015), en elk kind dat daarna nog volgt, zorgt voor een extra verhoging van de belastingvrije som met € 5370.

Kinderbijslag

Om je een beetje tegemoet te komen in de kosten die je kwijt bent aan je kind(eren), krijgen ouders elke maand basiskinderbijslag. Voor een eerste kind is dit € 92,09, voor twee kinderen krijg je € 170,39 en vanaf het derde kind € 254,40.

Wordt je kind zes, twaalf of achttien, dan wordt de kinderbijslag verhoogd met een extra leeftijdsbijslag. Je vindt de exacte leeftijdsbijslagen terug op www.famifed.be (het Federaal Agentschap voor Kinderbijslag).

Schoolpremie

De jaarlijkse bijslag, ook wel schoolpremie genoemd, is een extra uitkering die één maal per jaar vóór het nieuwe schooljaar wordt betaald. Het is een forfaitair bedrag dat naargelang de leeftijdscategorie van je kind kan verschillen.

Het doel: een steuntje in de rug voor ouders bij de start van het nieuwe schooljaar. De bijslag wordt betaald in augustus, samen met de kinderbijslag van de maand juli. De bedragen lopen uiteen van € 20,40 tot € 112,62. Kijk op www.famifed.be welk bedrag jij kunt verwachten.

“De schoolpremie geeft je een extra steuntje in de rug bij de start van het schooljaar. Je krijgt ze in augustus, samen met de kinderbijslag van de maand juli”

Fijn, die eenoudertoeslag

Ben je alleenstaande ouder, dan heb je – mits je onder een bepaalde inkomensgrens blijft – recht op een eenoudertoeslag. Ook als het gaat om bijvoorbeeld je stief-, pleeg- of kleinkinderen. Zolang ze maar samen met jou onder één dak wonen en zolang jouw totale inkomsten niet hoger liggen dan € 2.385,18 bruto per maand.

De maandelijkse toeslagen bedragen € 46,88 bij één kind, € 29,06 voor het tweede, en € 23,43 voor het derde en elk volgend kind.

Bevallen? Dan krijg je kraamgeld

• Ben je bevallen, dan krijg je na de geboorte (tot zelfs vijf jaar daarna) een eenmalige geboortepremie, ook wel kraamgeld genoemd.
• Je vraagt dit aan bij het kinderbijslagfonds van je werkgever of laatste werkgever als je werkloos of ziek bent. Als zelfstandige kan je ook terecht bij je sociaal verzekeringsfonds, je kinderbijslagfonds of bij www.famifed.be, ook als je in het onderwijs werkt, grensarbeider bent of nog nooit hebt gewerkt.
• Voor je eerste kind bedraagt je premie € 1.247,58 (én voor elk kind van een meerling). Voor elk volgend kind krijg je € 938,66.
• Naast de eenmalige premie van het kinderbijslagfonds krijg je ook nog een gemeentelijke geboortepremie die qua hoogte varieert. Gemiddeld mag je rekenen op ongeveer € 40.
• Ook je ziekenfonds heeft meestal een financieel extraatje voor jou en je partner. Reken op ongeveer € 250 voor jullie samen. Hiervoor neem je best contact op met je mutualiteit.

Hoe meer kinderen, hoe goedkoper?

Gezinnen met veel kinderen wordt al eens verweten relatief gezien veel meer kinderbijslag te krijgen. Of zelfs zoveel kinderen te hebben omdat het goedkoper zou zijn. Het tegendeel blijkt waar.

“Kinderbijslag voor een enig kind dekt ongeveer een kwart van de kosten, voor twee kinderen een derde en vanaf drie kinderen iets minder dan de helft”

Uit berekeningen van de Gezinsbond blijkt dat de kinderbijslag voor een enig kind een kwart van de kosten opvangt, voor twee kinderen een derde en vanaf drie kinderen iets minder dan de helft. Dat mensen meer kinderen ‘nemen’ voor het geld, is dus een mythe.

(Tekst: Manon Kluten)