De 7 verborgen plekjes van Annemie Struyf in Frankrijk
Annemie Struyf trok voor haar programma La Vie en Rose een jaar rond in Frankrijk. Naast boeiende mensen en warme verhalen, ontdekte ze ook een aantal verborgen plekjes.
1. Lac du Salagou
“Niet zo ver van Montpellier ligt dit adembenemend mooie meer. Door het ijzer in de ondergrond kleurt het water oranje, rood en pastelroze. Magisch, vooral als het regent.”
2. Villa Les Pins
“Op een dik halfuur rijden van Toulouse vind je deze chambre d’hôte. In een statige villa verhuurt een mooie bejaarde dame chique kamers aan een zeer zachte prijs. De ligging is uniek, het eten heerlijk en de ontvangst koninklijk. Ga er snel heen, voor die mevrouw beslist haar deuren te sluiten.” (www.lavillalespins.eu)
3. La Terrasse in Bar
“Op acht kilometer van Corrèze ligt het schattige dorpje Bar. Vanuit La Terrasse, het cafeetje, heb je een prachtig uitzicht, net alsof je in een amfitheater van groen zit.”
4. De eetmarkt op maandagavond in Villareal
“Nóg zo’n mooi middeleeuws dorp, op een kwartier rijden van Monpazier. Hier mag je de eetmarkt op maandagavond beslist niet missen. Je kunt er streekproducten kopen en ze proeven aan lange tafels, met een live muziekje op de achtergrond. Dit is echt ‘la douce France’.”
5. Monpazier
“In de streek Lotet-Garonne wordt dit middeleeuwse dorpje niet voor niets een van de mooiste van Frankrijk genoemd. De stenen galerijen geven verkoeling op warme dagen, de mooie terrassen maken de sfeer compleet.”
6. Het stadje Condom
“In de Gers, niet zo ver van Toulouse, ligt het stadje Condom. En ja, er wordt met de naam gelachen. Maar ooit zou deze plek, en niet Vaticaanstad, de verblijfplaats van de paus worden. Het verklaart de enorme kathedraal, die je absoluut gezien moet hebben.”
7. Druivenplukken in de Montagnes Noires
“September is de maand van de druivenpluk. Iedereen zou dit eens moeten meemaken, al is het maar één dagje. Die bijzondere sfeer, het werk, de teamspirit: iets om op je bucketlist te zetten! De Montagnes Noires is een prachtige streek waar altijd gezocht wordt naar een paar extra handen tijdens de pluk.”