De waarheid over kinderleugentjes
30 nov 2011
Ieder kind liegt wel eens, maar het "waarom" hangt af van hun leeftijd. Peuters vertellen vaak leugentjes omdat ze erop los fantaseren, iets oudere kids doen het dan weer om op een goed blaadje te staan bij hun ouders of juf en pubers liegen om uit de problemen te blijven.
Als ouder is het niet altijd even makkelijk om op gepaste wijze dat liegen aan te pakken. Want soms wakker jij als mama of papa die leugentjes zelf een beetje aan:
- Probeer geen onrealistische verwachtingen te hebben van je kinderen want die zorgen ervoor dat jij je kind aanzet tot liegen om jouw goedkeuring te krijgen
- Straf jouw kinderen niet wanneer ze een leugentje opbiechten wanneer je hen net aangespoord hebt om de waarheid te vertellen.
- Let erop dat je zelf geen leugentjes om bestwil gebruikt want op die manier leer jij je kinderen ook liegen.
Blijft jouw kind toch liegen? Probeer het dan op één van onderstaande manieren aan te pakken:
- Wanneer je peuter een zelfverzonnen verhaal voor waarheid vertelt, kan je als volgt reageren:
–> “Wow, wat heb jij veel fantasie!”
–> “Vertel mij nog maar wat meer, want het is leuk om je fantasie aan het werk te zetten!”
–> “Wat een geweldig verhaal! Soms wou mama ook dat ze in een kasteel woonde.” - Wanneer je lagere-school-kind liegt, kan je als volgt reageren:
–> “Je zegt net dat je jouw huiswerk hebt gemaakt, maar ik zie in je schriftje dat dit niet het geval is. Ik zou graag hebben dat je de volgende keer gewoon eerlijk bent.”
–> “Iedereen maakt wel eens fouten dus vertel de volgende keer maar gewoon de waarheid en dan zoeken we samen naar een oplossing.” - Wanneer je puber liegt, kan je als volgt reagren:
–> “Problemen zijn er om opgelost te worden. Vertel me wat er aan de hand is en we proberen samen naar een oplossing te zoeken.”
–> “Mama ziet dat je met iets zit. Je weet dat ik hier ben voor jou en dat je mij gerust mag vertellen wat er aan de hand is.”
–> “Vroeger dacht ik ook wel eens dat liegen de oplossing was, maar geloof mij, meestal helpt het je nog verder in nesten.”