Dwars door Vlaanderen met Bart Wellens

Door De Redactie

Bekende Vlamingen kennen Vlaanderen vaak van binnen en buiten omdat ze elke uithoek hebben gezien. Van jeugdherberg tot dorpscafé, van cultureel centrum tot festivalweide. De Vlaming deze week door de ogen van Bart Wellens...

Bart Wellens houdt van Vlaanderen in al zijn aspecten. Van het weer, de natuur en de bruine cafés. Al meer dan 20 jaar rijdt hij het hele land door voor de Vlaamse volkssport aller volkssporten: veldrijden.

Lees het volledige interview met Bart Wellens in Libelle 26 (28 juni 2012)

Je bent sinds kort verhuisd van je thuisstad Vorselaar naar Londerzeel. Van de Kempen naar Vlaams–Brabant, een hele aanpassing?

“Vorselaar en omstreken ken ik op mijn duimpje, maar Londerzeel is nog redelijk maagdelijk voor mij. Als veldrijder moet ik dagelijks mijn kilometers trainen, die kilomters heb ik dus al verkend. Trainen doe ik op mijn gevoel: ik sla eens links af, daarna eens rechts en ik zie wel waar ik uitkom. Op die manier ontdek ik vaak nieuwe plekken. Soms kan ik echt mijn ogen uitkijken en denken: We wonen hier toch wel schoon zelle.”
 

Rijd je nooit verloren terwijl je in volle bewondering bent voor al die schoonheid?

“Absoluut! Nu is dat niet zo erg, want meestal heb ik mijn gsm mee waar een gps opstaat. Maar vroeger bestond dat nog niet en moest ik vaak bij mensen gaan aanbellen. Soms kenden ze me niet en vroegen ze: ‘Ah, zijt gij ne coureur? En wat doet gij dan van werk? Ah, coureur zijn is uw werk! Zijt ge dan een beetje goed?’ Na een tijd zie je hun frank vallen en zie je dat ze je beginnen te herkennen. Dat is heel charmant en typisch Vlaams vind ik. Bekendheid is heel relatief: als ik niet in mijn koerspak rondloop, herkent de helft van de mensen me al niet meer.” (lacht)

Als veldrijder kom je echt in het kleinste gaatje, zoals in Puivelde, een gehucht bij Sint-Niklaas, dat de Puiveldekoerse organiseert.

“Ja, dat is om hun kermis in te luiden. (lacht) Veldrijden is echt typisch Vlaams: het brengt mensen bij elkaar, er wordt gedronken en hamburgers gegeten. Geef een cross en er komt direct 5000 man op af. Ik rijd veel kermiskoersen, maar met de Ronde van België doorkruis ik letterlijk heel het land. Per jaar rijd ik ongeveer 50 à 60 000 kilometer met de auto of mijn mobilhome. Daarom heb ik een wagen zonder versnellingen gekocht, een automatic. Ik word ermee uitgelachen onder de jongens, maar ik vind het wreed gemakkelijk. We doen zo’n grote afstanden en in België is er zoveel file, dat ik geen goesting meer had om te schakelen.”
 

Partner Content

De inhoud op deze pagina wordt momenteel geblokkeerd om jouw cookie-keuzes te respecteren. Klik hier om jouw cookie-voorkeuren aan te passen en de inhoud te bekijken.
Je kan jouw keuzes op elk moment wijzigen door onderaan de site op "Cookie-instellingen" te klikken."