Lezeres in het buitenland: “Als je iets wilt, dan ga je ervoor”
Steeds meer Belgen zoeken hun geluk in het buitenland. Astrid is één van hen: zij verhuisde twee jaar geleden met haar man Adolphe en dochter Molly naar Rwanda, waar ze een ViaVia Travellers Café uit de grond stampten.
In de genen
Astrid: “De zin voor avontuur zit misschien wel een beetje in het DNA van de familie. Terwijl mijn mama een échte huismus is, trok papa als arts ooit voor drie weken met Artsen Zonder Vakantie naar het toenmalige Zaïre. Dat heeft ongetwijfeld iets in me losgemaakt, want al vanaf mijn vijftiende droomde ik van een leven in het zuiden. Vanaf mijn achttiende ontdekte ik wondermooie plekjes op aarde. Ergens écht het verschil maken, dat was mijn ambitie. Maar je weet hoe dat gaat: je studeert af, vindt een job en het leven kabbelt stilletjes verder.
Als jonge twintiger kon ik aan de slag in de kinderpsychiatrie, waar ik kinderen met emotionele en gedragsproblemen begeleidde. Heel interessant, maar toch bleef die goesting om nieuwe oorden op te zoeken, knagen. Om mijn grote droom waar te maken, deed ik nog een postgraduaat: Internationale Samenwerking Noord-Zuid. Daar was uiteraard een stage aan verbonden. (lacht) Zo kwam ik in een kinderpsychiatrie in Rwanda terecht.
Droom aan diggelen
Het typische beeld dat ik van Afrika had -heel chaotisch, druk en stoffig – bleek helemaal niet te kloppen. (lacht) Ik weet nog goed dat ik die eerste avond in de auto zat, op weg naar mijn slaapplek, en dacht: ‘de straten zijn zó proper en iedereen, zelfs vrouwen en kinderen, liepen nog alleen over straat’. Achteraf bleek wel dat Rwanda een echt Afrikaans buitenbeentje is, en je het land helemaal niet kunt vergelijken met buurlanden Burundi, Oeganda of Kenia.
Ik moet toegeven: mijn eerste stage was geen groot succes. Omdat ik ‘maar’ vier maanden bleef, had ik het gevoel dat ik er meteen moest invliegen. Op de eerste vergadering gooide ik meteen al mijn ideeën op tafel. En dat terwijl de Rwandezen héél gereserveerd zijn, en altijd eerst de kat uit de boom kijken. (lacht) Mijn enthousiasme werd niet echt geapprecieerd. Begrijpelijk achteraf.
Hoewel ik mijn grote droom verknald had, zocht ik nadien naar een tweede kans. En die kreeg ik: als vrijwilliger kon ik aan de slag in het buitengewoon onderwijs in Rwanda, en dat voor anderhalf jaar. Het moment waarop het land onder mijn huid kroop en me niet meer los liet. Ik zag hoe sterk en veerkrachtig de Rwandezen zijn, hoe vredig het Kivu-meer is en hoe indrukwekkend de vulkanen en de dieren in het wild zijn.
Geen toekomst
Maar dat was niet alles … Tijdens een avondje stappen leerde ik midden in de nacht Adolphe kennen, een sportjournalist die op de radio én televisie verslag uitbracht. Het was zeker geen liefde op het eerste zicht. Na een half jaar in België keerde ik terug, en sloeg de vonk helemaal over. Vanaf dan is het eigenlijk allemaal heel snel gegaan: na anderhalf jaar kwam hij met mij naar België en kregen we samen ons dochtertje Molly.
Maar het leven was alles behalve makkelijk. Omdat Adolphe de taal nog niet helemaal onder de knie had, geraakte hij moeilijk aan werk. Zelfs om een kantine proper te houden na de lunchmomenten, was zijn Nederlands niet goed genoeg. Zo vernederend! Uiteindelijk deed hij een betaalde stage, maar het bleef knokken. We begonnen meer en meer te verlangen om terug te keren naar Rwanda. Zo is stilaan het idee gegroeid om een ViaVia te beginnen in Kigali, een duurzame maar vooral aangename plek waar toeristen worden ondergedompeld in de lokale gemeenschap. Een jaar lang werkten we na onze uren aan een businessplan, dat we nadien voorstelden. Niet veel later kregen we groen licht.
En toen kwam het afscheid
Omdat familie en vrienden van elke stap op de hoogte waren, kwam het nieuws zeker niet als een donderslag bij heldere hemel. Het businessplan legden we aan hen voor, ze gaven tips om fondsen binnen te halen, ze gaven me inspiratie voor het moodboard voor de inrichting van de ViaVia … Al was het voor mama en papa zeker niet gemakkelijk. Ze hadden me eerder al voor langere tijd moeten missen, maar met Molly in het spel, lagen de kaarten anders. Het doet pijn om je kleinkind te moeten ‘afgeven’.
Om iedereen nog een laatste keer te bedanken voor de steun en de liefde, en om de mensen die we het liefste zien nog een laatste keer stevig vast te pakken, nodigden we ze allemaal uit om in een Gents cafeetje op onze kosten iets te eten, en te drinken natuurlijk. Een onvergetelijke avond!
Een beetje eenzaam
Twee jaar geleden in maart stapten Adolphe, Molly en ik op het vliegtuig richting Kigali. Met een peuter van nog geen drie jaar oud, was zo’n verhuis zeker niet makkelijk. Maar we hadden al zo lang gewerkt aan de plannen voor de ViaVia … Als je iets wilt, dan ga je ervoor. Gelukkig kon Adolphe terugvallen op vrienden en familie. Zo vonden we vrijwel onmiddellijk een huis dat we voor zes weken konden huren, om in tussentijd een pand te zoeken voor de ViaVia. Begin april viel ons oog op een prachtig huurhuis, en vanaf toen kwam alles in een stroomversnelling. In mei verhuisden we zelf en in juni kwamen de eerste gasten toe. Twee maanden later gingen de deuren van het restaurant open.
Ik moet wel toegeven: de eerste maanden waren zeker niet makkelijk. Terwijl Adolphe de draad terug oppikte met zijn vrienden van vroeger, en altijd terechtkon bij zijn familie, had ik niemand meer. De mensen die ik kende, waren intussen allemaal weg uit Kigali. En met een klein kindje in huis, was het niet simpel om vriendschappen op te bouwen. Ja, in het begin heb ik me vaak eenzaam gevoeld. Maar intussen zijn alle puzzelstukjes mooi in elkaar gevallen.
Een helpende hand
Alle begin is moeilijk, dat was bij ons niet anders. Maar tegen september liep de ViaVia goed en werd het elke maand beter. Tot vorig jaar het toerisme instortte door het coronavirus. Als starters hadden we de financiële middelen niet om de hele crisis te overbruggen, maar we beloofden het personeel – de twaalf mensen die we toen al in dienst hadden – dat we ze niet gingen ontslaan. We hebben dan een crowdfunding opgestart en daar hebben onze familie en vrienden zeer gul op gereageerd. Zonder die steun was het ons niet gelukt. Het was een woelig jaar, maar we zijn er met z’n allen alleen maar sterker uitgekomen. Gelukkig! Intussen zijn onze medewerkers vrienden en familie geworden. We delen lief en leed met hen.
Of ik spijt heb van de beslissing? Absoluut niet! Het is ons tweede kindje, eentje dat ons héél veel werk maar evenveel voldoening geeft. We hebben twaalf mensen én hun familie hoop op een betere toekomst gegeven, of doe maar dertien. (lacht) De tafels en stoelen van in het restaurant vallen bij iedereen zo erg in de smaak, dat de schrijnwerker die ze maakte intussen een kleine business heeft kunnen opstarten en zijn creaties verkoopt aan onze gasten.
Verbinding
Daarnaast brengen we mensen samen die elkaar anders nooit zouden ontmoeten. Door de zangstonde in de tuin, waar eerst Madonna luidkeels wordt meegebruld om nadien helemaal los te gaan op een typisch Afrikaans nummer. Toeristen kunnen enkele woordjes Kinyarwanda leren, die van pas komen op de lokale markten. En de Rwandese nachtwakers volgen Engelse les, om beter met hun werkgevers – vaak expats – te kunnen praten. In de toekomst hopen we ook mensen met een beperking te integreren in de werking.
Eén ding is zeker: terwijl ik in België het gevoel had dat ik vervangbaar was, niet onmisbaar, maak ik in Rwanda écht een verschil. En dat is uiteindelijk waar ik het allemaal voor doe.”
Het land van de duizend heuvels
Het grootste cultuurverschil: “Rwanda is het Afrikaanse buitenbeentje. (lacht) De locals zijn gereserveerder en staren je aan. Als ze me zien, voel ik hun ogen op mij branden tot ik uit hun zicht ben. Wat ik mooi vind: ze klagen nooit. Sommige Rwandezen moeten anderhalf uur stappen van het werk naar huis, en dat doen ze zonder morren.”
De grootste blunder: “Ongetwijfeld taalkwesties. In het Kinyarwanda is citroen indimu, en emmer indobo. Ik wil niet weten hoe vaak ik in de keuken al om emmers heb gevraagd in plaats van citroenen.” (lacht)
Het grote voordeel: “Het gevoel dat ik écht een verschil kan maken. Natuurlijk word ik nog regelmatig met beide voetjes op de grond gezet als ik een groepje jongeren door de straten zie slenteren en bedelen, maar de twaalf mensen die in de ViaVia aan het werk zijn, hebben nu wel een betere toekomst voor zich.”
Het grote nadeel: “Je mist veel uit de levens van de mensen die je achterlaat. Geboortes, huwelijken, verjaardagen, … Dat gaat allemaal aan je voorbij. Al heb ik niet veel tijd om stil te staan bij wat ik allemaal mis, aangezien we elke dag de klok rond open zijn.”
De favoriete plek: “Het Kivu-meer! Een absolute must-see als je in Rwanda bent. Ideaal om te wandelen of te dobberen op het water.”
De aangenaamste verrassing: “In Rwanda werd een avondklok ingevoerd om het coronavirus in te dijken. Vanaf vijf uur ’s morgens mag je buiten, om zeven uur ’s avonds moet je weer thuis zijn. Niet ideaal als je een ViaVia runt. Maar dat was buiten de koks en de obers gerekend, die meteen voorstelden om te blijven slapen. Niets is hen te veel.”
De levenskwaliteit: “Kan bijna niet beter. Zeker het mooie weer is een grote plus. Maar ook de veiligheid en de propere straten, het lekkere en verse eten en de prachtige natuur zorgen voor een heerlijk leven.”
Het moeilijkste moment: “De eerste maanden had ik niemand om op terug te vallen, en voelde ik me best eenzaam. Maar dat is gelukkig verleden tijd.”
Het grootste gemis: “Gewoon in de supermarkt een lekker stukje kaas uitkiezen. (lacht) En cultuur. In Gent was ik was misschien wat verwend met de vele cultuurhuizen, de kleine cinema’s en de koffiehuisjes.”
Spijt? “Absoluut niet! Of het voor altijd is? Dat zal de tijd ons vertellen. Maar voor de komende jaren zitten we hier zeker goed.”
Wil je meer lezen? Op ViaVia Rwanda Kigali kom je nog meer te weten over Astrids Rwandese avonturen.
LEES MEER VERHALEN VAN BELGEN DIE ONS LAND ACHTERLIETEN:
- “De eerste jaren leefde ik op een stukje niemandsland, ergens tussen België en California in”
- “De eerste weken in ons huis was het écht kamperen, met de matrassen op de grond” (lacht)
- “Na anderhalf jaar kregen we eindelijk het bericht: ‘Welcome to Canada’”
Volg ons op Facebook, Instagram, Pinterest en schrijf je in op onze nieuwsbrief om op de hoogte te blijven van alle nieuwtjes!