Zelfgemaakt, die coole turnzak!

Dit heb je nodig voor een afgewerkte turnzak van 40 x 35 cm groot

Voor de zak:

• katoen met frisse print, 90 x 37 cm
• katoenen voeringstof, zelfde afmetingen.

Voor de hengsels:

• 2 stroken bijpassende katoenen stof met print, elk 70 x 8 cm.

Voor de zakjes:

• 2 lapjes van een derde bijpassende stof, 30 x 24 cm (zie tekening).

Voor het stroplint:

• reep stof van 90 x 3 cm.

En ook nog:

• felgeel lint van 1 cm breed, in 2 stukken van 37 cm en eventueel extra om de zakjes af te boorden
• blauw, geel en wit naaigaren
• 30 cm ribbelelastiek (max. 2 cm breed)
• kleermakerskrijt
• spelden, schaar en naalden

Zo maak je het

1. Werk de knipranden van alle stofdelen af met de zigzagsteek.

2. Maak de gympenzakjes: stik aan de rechte bovenkant van elk zakje een sleufje van 3 cm plus 1 cm extra inslag. Haal een 15 cm lang stuk ribbelelastiek door het sleufje en zet de uiteinden vast, zodat de bovenkant van de zakjes gefronst wordt.

3. Maak de hengsels: strijk bij de 8 cm brede repen stof op de goede kant aan beide lange zijden 1 cm om naar de verkeerde kant. Vouw de (nu 6 cm brede) reep stof in de lengte dubbel, goede kant naar buiten, en strijk er de vouw in. Stik de lengtenaad van de hengsels en doorstik eventueel voor meer stevigheid.

4. Maak de turnzak: leg de grote buitenkant met de verkeerde kant naar boven, en daarbovenop de lap voeringstof. Speld, strijk en stik aan de smalle kanten telkens 4 cm + 1 cm inslag om naar de verkeerde kant (= voeringstof binnenin). Stik de 4 cm brede omslag in de helft door tot een sleuf van zo’n 2 cm voor het stroplint.

5. Keer de stof en speld het gele lint op de goede kant langs de smalle zijden. Stik het lint langs beide lengtezijden vast.

6. Vouw nu de gevoerde lap in de breedte (= overdwars) dubbel met de voering binnenin. Strijk de vouwlijn. Leg de gevoerde stof weer open, plat op tafel, met de sleufrand helemaal bovenaan. Teken met kleermakerskrijt op de bovenste helft (dus boven de gestreken vouwlijn) 2 zakjes van 18 cm hoog en 15 cm breed, op 5 cm van de vouwlijn. Rimpel met een rijgdraad de zigzagranden van de zakdelen in, zodat ze op de getekende lijnen passen; ze moeten voldoende opbollen voor de gympen. Speld en stik de zakken vast (de bovenkant met elastiek laat je natuurlijk open!). Camoufleer de fronsranden door er ofwel wat extra geel lint overheen te stikken, of lint dat je zelf knipt (schuindraads!) van bijpassende stofrestjes.

7. Vouw de turnzak opnieuw dubbel, deze keer met de goede kant naar binnen, en stik de zijkanten met 1 cm naadwaarde dicht. Keer de zak op de goede kant en stik de hengsels bovenaan aan de binnenkant vast (let op: niet dwars door de sleuf voor het stroplint!). Stik een stroplint van max. 1 cm breed, stik het eventueel in de lengte door voor meer stevigheid, en haal het door de sleuf boven aan de zak. Knoop de uiteinden van het stroplint samen.

Tip! Zonder extra zakjes voor de gympen ziet de turnzak er nog steeds super uit en bespaar je je heel wat frons- en naaiwerk.
Idee, uitwerking en styling: Siska Loraine. Foto: Anja Blévi.